Nadat Icek Gold met zijn gezin uit Duitsland gevlucht was (1932 of 1933) heeft hij zich gevestigd in Heer, toen nog een zelfstandige gemeente.
Eerder al had hij voorbereidingen getroffen, zoals een bankrekening openen, enz. Hij kreeg toestemming van burgemeester Thomassen om zich in Heer te vestigen. Hij is daar weer begonnen aan een handel in klein textiel, lakens, handdoeken, ondergoed, enz. Aanvankelijk verkocht hij op afbetaling, ook in de omliggende dorpen.
Later verkocht hij textiel aan kleine winkeliers en marktkooplui.
Nog later handelde hij naast textielwaren ook in herenconfectie.
Ongeveer in 1939 is het gezin naar Maastricht verhuisd. De woning in Maastricht had een tuintje of beter gezegd een binnenplaats; daar had Serboesch of Servusj, een jongeman, zijn schoenmakerij. Of dat zijn voornaam of zijn achternaam was weet ik niet.
Men beweerde dat Servusj een Communist was. Hij kwam op voor arme mensen, maar "wat echte arme mensen precies zijn dat weet Servusj niet". Hij is een saloncommunist, vond men.
Wie die werkplaats aan Servusj verhuurde weet ik niet.
Servusj en zijn werkplaats waren al een hele tijd, voordat de oorlog uitbrak, weg. Wanneer hij vertrokken is weet ik niet.
Mevr. Herzberger via redacteur community