Na het bombardement op Rotterdam van 14 mei 1940 zijn een groot aantal bewoners van het getroffen gebied ondergebracht in de nieuwbouwwijk rondom de Stadhoudersweg. Een ooggetuige herinnert zich: 'Het gezin Fresco woonde op Stadhoudersweg 110c. Ik herinner mij de heer en mevrouw Fresco als vriendelijke, hoogstaande mensen. Hun zoontje 'Brammetje' was een levendig, vrolijk, leuk jongetje met donkerbruine ogen en zwart krullend haar. Hij leek op zijn vader.
De heer Fresco was lid van de Joodse Raad in Rotterdam (maar het kan ook Amsterdam geweest zijn). Kort voor hun wegvoering is het gezin uitgebreid met een zoontje dat Johnny werd genoemd. Het kind had rood haar en leek op zijn moeder. Vanwege de geboorte van de baby kreeg het gezin, na een oproep ontvangen te hebben, zes weken uitstel. Suggesties van omstanders om onder te duiken werden afgewezen, "omdat ze anderen niet in gevaar wilden brengen".
Op een nacht zijn ze, zonder dat iemand van de buren het heeft gemerkt, uit huis gehaald. Achteraf heeft één van de buren Brammetje horen huilen. Het huis was verzegeld. Door de deurruit zagen we dat alle trouwfoto's in de gang op de grond lagen. Eenmaal heeft één van de buren een brief ontvangen uit Westerbork. Daarna heeft niemand meer iets vernomen. Wij vermoedden dat zij omgebracht waren'.
Toevoeging van een bezoeker van de website
Verhaal