Aron de Vries was een zoon van Salomon de Vries en Sara Bouwman.
Toevoeging van een bezoeker van de website
Aron de Vries was sinds 22 augustus 1927 werkzaam bij de textielfabriek Hollandia-Kattenburg als 'handelscorrespondent in vreemde talen' in Amsterdam. Op woensdag 11 november 1942, omstreeks 16.30 uur, deed de Sicherheitspolizei onder leiding van Willy Lages een inval in de Hollandia-fabrieken. Alle uitgangen werden afgezet en de joodse medewerkers van het bedrijf werden ‘s avonds weggevoerd. Van alle die avond weggevoerde werknemers, maar ook van de werknemers die al eerder op transport waren gesteld, is in het 'Boek der tranen' een foto opgenomen.
Joods Historisch Museum, Documentenverzameling, inv.nr B1376, 'Boek der tranen'
Op 30 november 1942 werden 826 personen vanuit Westerbork op transport gesteld naar het oosten. Op 1 december stopte de trein in het plaatsje Kosel in Opper-Silezië. De mannen die tussen de 15 en 55 jaar oud waren werden uit de trein gehaald (ongeveer 170 personen). Zij werden per vrachtauto's overgebracht naar Sakrau. Dit was een Zwangsarbeitslager onder leiding van de SA. Het kamp herbergde circa 400 Nederlandse mannen en een twintigtal Poolse vrouwen. Zij waren ondergebracht in twee grote en drie kleinere barakken. De keuken bevond zich in een aparte barak. In de hevige kou werden de gevangenen tewerk gesteld bij de aanleg van een weg. Na zes weken is het Lager opgeheven. Uit ooggetuigenverklaringen van overlevenden blijkt dat in Sakrau enkele gevangenen zijn omgekomen, onder wie Aron de Vries, die eind december 1942 (de exacte datum is niet bekend) te Sakrau is overleden en begraven.
Toevoeging van een bezoeker van de website