Norbert Abrahamssohn was de zoon van Joel en Pauline Abrahamssohn. Zijn ouders hadden nog drie kinderen.
Voor de oorlog volgde Norbert in Nederland een opleiding tot landbouwer. Leden van zijn familie probeerden Norbert tevergeefs naar Australië te krijgen. In 1939 kreeg Norbert een vergunning om te emigreren. Het Joodse Vluchtelingencomité in Amsterdam hielp hem bij de voorbereiding. Hij zou vertrekken vanuit Genua met de Lloyd Triestino lijn op 5 september 1939. Op 7 augustus 1939 schreef hij dat hij een ticket verwachtte waarmee hij kon vertrekken uit Parijs. Hij schreef zijn familie: "Hopelijk is het voor mij nog mogelijk om te reizen, maar ik ben erg pessimistisch en ik geloof dat we verstrikt zijn geraakt in een lange oorlog. De atmosfeer is hier grimmig, de angst is groot, iedereen houdt rekening met het ergste. De oogst op het veld is haastig binnengehaald. Gisteren werden voorbereidingen getroffen voor de mobilisatie. Men weet niet of Holland neutraal kan blijven, of dat het zal worden aangevallen. We moeten de ontwikkelingen afwachten . . .
Ik heb geen toestemming om voor het uitbreken van de oorlog nog te vertrekken. Als de oorlog uitbreekt, zal ik onmiddellijk schrijven."
Norbert bereikte het schip niet en bleef in Holland.
Hij schreef op 29 september: "Hier in Holland is vrijwel iedereen anti-Duits en men is erg bang voor een Duitse invasie (...) De mensen hier volgen hun gewone levenspatroon. Voedsel en andere dingen zijn verkrijgbaar. Vaak ben ik vredig aan het werk op het veld en dan vraag ik me af of het waar is dat we in een tijd van oorlog leven. Het is echt niet te geloven. Op het veld trekken de paarden de ploeg en iedereen leeft in harmonie... " Op 6 oktober 1939 ontving hij nieuws dat Duitse joden niet welkom waren in Australië. Hij smeekte zijn familie om toch te proberen hem daar te krijgen.
Hij schreef opnieuw op 2 januari 1940. Nog steeds verbleef hij in een werkdorp en opnieuw vroeg hij hoe hij in Australië kon komen. Australië nam echter geen vluchtingen op en zijn toegangsbewijs was in december 1939 ingetrokken. Op 9 april 1940 schreef hij zijn laatste brief, waarin hij de hoop uitsprak naar Canada te kunnen uitwijken.
Het archief van Yad Vashem bevat een testament van Norbert met een foto waarop hij een koe melkt.
Toevoeging van een bezoeker van de website
Biografie