Simon Cohen, geboren 15 November 1893 in Coevorden, was een zoon van Mozes Cohen en Ester Mirian Roos. Hij was ongehuwd. Simon kwam uit een gezin met vier kinderen; hij zelf en zijn zuster Mirian zijn tijdens de Sjoa om het leven gekomen. Zijn zussen Jeannette en Jacoba Dina hebben de oorlog overleefd maar ook zijn moeder Ester Mirian Roos werd in de Holocaust vermoord. Zijn vader, slager van beroep, overleed in Coevorden op 38-jarige leeftijd op 29 Mei 1902, waarna Simon in 1908 werd afgeschreven uit het Bevolkingsregister van Coevorden naar Groningen.
Simon Cohen leidde een dolend bestaan. Hij verbleef in diverse steden in Nederland, zoals ook in Enschede, in Rotterdam, In Amsterdam, in Antwerpen waar hij in zijn onderhoud voorzag met het uitoefenen van verschillende beroepen: lompensorteerder, magazijnbediende en koopman in galanteriën. Op 10 Februari 1930 kwam Simon vanuit Antwerpen weer naar Amsterdam waar hij terechtkwam in de 2e Oosterparkstraat 73, waarna hij zeker nog tien keer in de stad verhuisde; zijn laatst bekende adressen waren Dapperstraat 37 III in 1938, Linneausstraat 24 II in 1940 en per 11 April 1941 kwam hij terecht in de Wijtenbachstraat 44 huis.
Niet bekend is of Simon Cohen nog tewerkgesteld was in één van de Joodse werkkampen in Nederland, maar zeker is dat hij ten tijde van de grootscheepse razzia’s in Amsterdam van begin October 1942, tussen 3 en 5 October 1942 in Kamp Westerbork binnengebracht werd, van waar hij 16 October 1942 werd gedeporteerd naar het "Oosten".
Het transport van 16 October 1942 omvatte in totaal 1710 gedeporteerden die naar Auschwitz werden afgevoerd. De trein stopte echter in Kozel, ca. 80 km. westelijk van Auschwitz, waar toen 570 jongens en mannen tussen 15 en 50 jaar werden gedwongen de trein te verlaten, om vervolgens in de omliggende satellietkampen van Auschwitz als dwangarbeiders te worden tewerkgesteld; de achtergebleven gedeporteerden werden verder vervoerd naar Auschwitz om daar te worden vermoord.
Simon Cohen behoorde tot de groep die in Kozel de trein moesten verlaten en kwam terecht in het z.g. "Reichsautobahnlager Annaberg", gelegen tussen het huidige Wroclaw en Katowice in Polen. Daar is hij op 29 November 1942 door uitputting en ontbering (wat “Herzschwäche” genoemd werd) om het leven gekomen. Echter bij de vaststelling van de overlijdensdatum van Simon Cohen wordt de officiële Nederlandse datum gehandhaafd. De hier vermelde datum is de juridische overlijdensdatum door het Ministerie van Justitie aangehouden
Bronnen: Stadsarchief Amsterdam, archiefkaart Ester Mirian Roos, archiefkaart en gezinskaart van Simon Cohen; Stadsarchief Rotterdam, gezinskaart Simon Cohen (bevolkingsregister); website wiewaswie.nl; website Alle Drenten, bevolkingsregister Coevorden; het archief van de Joodse Raad, registratiekaart van Simon Cohen en Edward Haduch, Kedzierzyn-Kozle (Polen), de overlijdensakte van Simon Cohen uit het Bevolkingsregister (Standesamt) Annaberg.