Marianne en Mietje Lam waren dochters van Benedictus Lam en Duifje Dresden. Beiden waren niet gehuwd en woonden samen in de Andreas Bonnstraat 12 in Amsterdam. Mietje was markt-koopvrouw stond met manufacturen op de markt van Maandag tot Vrijdag in de Ten Katestraat in Amsterdam en Marianne had een winkel in manufacturen en was sinds Maart 1943 naaister.
Marianne en Mietje Lam werden op 17 Juli 1943 geregistreerd in Kamp Westerbork en moest verblijven in barak 67. Volgens aantekeningen op de registratiekaart van de Joodse Raad van Marianne Lam is er nog geprobeerd aan te tonen dat zij “slechts” half Joods waren waarmee zij trachtte aan deportatie te ontkomen, hetgeen niet heeft mogen baten. Op 20 Juli 1943 werden beide zusters op transport gesteld naar Sobibor, waar zij bij aankomst aldaar op 23 Juli 1943 direct werden vermoord.
Marianne en Mietje Lam kwamen uit een gezin met tien kinderen. Twee daarvan zijn jonge leeftijd overleden; een broer vertrok op 26-jarige leeftijd in 1912 naar New York. Haar zusters Saartje en Elisabeth, als ook haar broers Samuel en Zadok zijn óók tijdens de Holocaust vermoord.
Stadsarchief Amsterdam, gezinskaart Benedictus Lam, archiefkaarten Marianne en Mietje Lam; het archief van de Joodse Raad, kaarten van Mietje en Marianne Lam en een toevoeging van een bezoeker van de website.