Verhaal

De familie van Nathan Polak en de zusters Plotz

Door: Astrid

Overlijdensadvertentie van Jacobus Polak uit het Volksdagblad van 12 mei 1899. Bron: Delpher.

Nathan Polak was het 3e kind van Gompel Manus David Polak en Siewetje Turk. Ten tijde van zijn militaire keuring was hij sjouwerman van beroep. Hij wilde vrijgesteld worden van militaire dienst in verband met broederdienst, maar werd toch aangewezen om dienst te doen op 18 maart 1887. Zijn bezwaar hiertegen werd afgewezen en hij trad op 6 mei 1887 in dienst bij het 7e Regiment Infanterie.

Op 20 juni 1894 trouwde hij in Amsterdam met Rebecca Plotz, dochter van sjouwerman Meijer Plotz en werkster en koopvrouw Hendrika Emden uit Amsterdam. Bij hun huwelijk was de vader van Rebecca al overleden. Nathan en Rebecca woonden na hun huwelijk samen aan de Valkenburgerstraat 46, in het hart van de Jodenbuurt in Amsterdam.

Voordat Nathan met Rebecca trouwde was hij al van beroep veranderd. Hij was diamantbewerker, meer specifiek roosjesslijper, geworden. Waar hij precies gewerkt heeft is onbekend, want hij werd pas lid van de Diamantbewerkersbond op 8 januari 1898 en op zijn lidmaatschapskaart zijn geen bedrijfsnamen ingevuld.

Intussen was hun 1e zoon Meijer Polak geboren en niet lang daarna zou hun 2e zoon Jacobus Polak komen. De beide zonen van Nathan en Rebecca zijn niet te vinden op een archiefkaart, maar ze zijn wel vermeld op hun gezinskaart. Vanwege de slechte kwaliteit van de gezinskaart is nadere bevestiging gezocht met geboorte- en overlijdensakten over de juiste data. Zoon Jacobus is niet oud geworden. Op 6 mei 1899 is hij overleden. Hij was pas 15 maanden oud.

Rebecca is ongeveer 7 jaar na het overlijden van zoon Jacobus overleden. Ze was pas 37 jaar. Het zorgde ervoor dat Nathan al na 12 jaar huwelijk zijn zoon Meijer van 10 jaar alleen moest opvoeden. Maar 7 maanden na Rebecca’s overlijden trouwde hij op 13 februari 1907 met winkelierster Eva Plotz, een zus van Rebecca. Nathan was op dat moment 39 jaar. Eva was toen 44 jaar en ze was in 1898 weduwe geworden van de venter Mozes Lever. Met Mozes had Eva 4 kinderen gekregen waarvan de jongste ook in 1898 was overleden, een maand na het overlijden van Mozes.

Deze nieuwe samengestelde familie leverde een druk bezet thuis op. Er was extra drukte, omdat ook Sophia Polak, het nichtje van Nathan (de dochter van zijn broer Meijer) en Mozes, Philip en Chrisje Kartoef – neven en een nicht van Eva en Rebecca – voor enkele jaren in huis werden opgenomen.

Op 1 oktober 1919 zegde Nathan zijn lidmaatschap van de Diamantbewerkersbond op. Hoe hij daarna de kost verdiende is niet op zijn archiefkaart geschreven, maar bij het huwelijk van zijn zoon Meijer is zijn beroep als kruidenier beschreven.

Intussen verhuisde de samengestelde familie Polak van de Tugelaweg, naar de Van Ostadestraat, de Van Woustraat, de 1e Jacob van Campenstraat 25 III hoog, de 2e Jan van der Heijdenstraat 9 en op 25 april 1938 naar de Jodenbreestraat 3 huis (woongedeelte naast een ijssalon). Tot dat moment waren Jeannette Lever (dochter uit het eerdere huwelijk van Eva met Mozes Lever) en haar man Edgar Strauss Nathans huisgenoten geweest, nadat zijn 2e vrouw Eva op 27 augustus 1930 was overleden. Nathan vertrok op 6 mei 1940 naar de Weesperstraat 13 II hoog en dit is zijn laatstbekende woonadres.

Op 9 januari 1943 werd hij opgepakt en naar Westerbork gebracht. Negen dagen later, op 18 januari 1943 werd hij op transport gezet naar Auschwitz, waar hij direct na aankomst is omgebracht.

Gebaseerd op de indexen van het stadsarchief van Amsterdam en op informatie van de websites oorlogslevens.nl, Delpher.nl, wiewaswie.nl en van de Diamantbewerkersbond.