Hendrika Rodrigues Parreira was een dochter van Abraham Rodrigues Parreira en Jetje Brandon. Zij was geboren op 16 Juni 1902 in Amsterdam en de derde in het gezin van in totaal zes kinderen. Hendrika was net als haar oudste zus Mietje, kleermaakster van beroep maar toen zij op 27 November 1935 met de sigarenmaker en winkelier Salomon Salzedo in het huwelijk trad, liet zij haar beroep voor wat het was. Hendrika en Salomon hadden geen kinderen.
Hendrika woonde thuis bij haar ouders; vanaf 29 November 1934 woonde de familie Rodrigues Parreira in de Roetersstraat 3A huis, maar in October 1935 verhuisde de familie naar de Lepelstraat 62. Toen Hendrika een maand later trouwde, betrok zij opnieuw, nu samen met haar man Salomon Salzedo, de woning in de Roetersstraat 3a huis, waar zij bleven wonen totdat zij beiden tijdens de razzia van 26 Mei 1943 werden gearresteerd en via het station Muiderpoort per trein naar Westerbork werden afgevoerd.
Uit hun beider registratiekaart van de Joodse Raad blijkt dat Hendrika Rodrigues Parreira en haar man Salomon Salzedo op 1 Augustus 1942 door de Joodse Raad voorlopig waren teruggesteld van deportatie. In de Tweede Wereldoorlog trachtten Portugese Joden door hun Portugese afkomst te benadrukken een plaats op Portugezen- en emigratielijsten te bemachtigen om zo deportatie te voorkomen. Door middel van uitgebreid stamboom- en wetenschappelijk onderzoek probeerden de Portugese Joden aan te tonen dat zij tot het mediterrane en niet tot het Joodse ras behoorden. Hun Joodse identiteit zou enkel op religie gebaseerd zijn. (bron Lydia Hagoort in het Historisch Nieuwsblad 10/2005.
In Westerbork aangekomen werden Hendrika en Salomon die 26e Mei 1943 ondergebracht in barak 57 en op 1 Juni 1943 op transport gesteld naar Sobibor in een transport van in totaal 3006 gedeporteerden. Daar aangekomen op 4 Juni 1943 werden eerst nog enkele mannen geselecteerd om dwangarbeid elders te verrichten waaronder Jules Schelvis, maar alle anderen, inclusief Hendrika Salzedo-Rodrigues Parreira en Salomon Salzedo werden daarna onmiddellijk in gaskamers vermoord. De enige overlevende van dat transport was Jules Schelvis.
Bronnen o.a. het Stadsarchief Amsterdam, gezinskaarten van Salomon Salzedo en Abraham Rodrigues Parreira, archiefkaarten van Hendrika Rodrigues Parreira en Salomon Salzedo; het archief van de Joodse Raad, registratiekaarten van Hendrika Salzedo-Rodrigues Parreira en Salomon Salzedo; de wikipedia website jodentransporten vanuit Nederland.nl en “Binnen de Poorten” blz. 35-40 door Jules Schelvis/De Bataafse Leeuw, 6e druk 1995.