Sara van Huiden was een dochter van Juda van Huiden en Mietje de Hes; zij was geboren in Oude Pekela op 28 Januari 1875. Sara trouwde op 13 Augustus 1902 in Meppel met Abraham van Zuiden, die daar geboren was op 25 Januari 1867 als een zoon van Meijer van Zuiden en Sara Kan. Het echtpaar Van Zuiden-van Huiden kreeg twee kinderen, t.w. Marie in 1903 en Regina Alida in 1909, beiden in Meppel geboren.
Abraham was a dealer in haberdasheries and lived in the Hoofdstraat in Meppel. His parents were already moved from Hoogeveen to Meppel in 1863. However, Abraham van Zuiden passed away on 28 October 1927 in Huize Boschrust at Loolaan 59 in Apeldoorn, a sanatorium for neuropats and those who need rest, and was interred in the Jewish Cemetery in Meppel. The widowed Sara van Huiden remained living in Meppel till 26 October 1936, then moved to Amsterdam, where she came living at Gerard Terborgstraat 34 1st floor.
Haar dochter, Regina Alida kwam snel na haar huwelijk, wat 28 Augustus 1935 in Meppel gesloten was, naar Amsterdam waar zij begin September 1935 een woning betrok op de Postjeskade 159 I in Amsterdam-West. Haar man Abram Joseph Stokvis, die in Amsterdam gewoond had in de 1e Constantijn Huijgensstraat en in de Wouwermanstraat, trok toen bij zijn vrouw in en op 27 Mei 1936 werd daar Sara's kleindochter Annette Sarah geboren.,
De weduwe Sara van Zuiden-van Huiden bleef in de Gerard Terborgstraat 34 I wonen, totdat zij echter ergens in Augustus 1943 werd gearresteerd, samen met haar nicht Serli Johanna van Zuiden (een dochter van Eliazer van Zuiden 1868-1909), die na het overlijden van haar moeder Elisabeth van Zuiden-Jacobs op 10 Juni 1941, kennelijk op enig moment vanuit Voorburg naar haar tante Sara in Amsterdam was gegaan (zonder toestemming van "bevoegde autoriteiten"). Serli’s officiële adres in Voorburg was de Van de Wateringlaan 194 waar zij met haar moeder woonde.
Sara en haar nicht Serli werden na arrestatie vanuit Amsterdam overgebracht naar Scheveningen (Oranjehotel) en op 2 September 1943 vanuit Scheveningen met een transport naar Lager Westerbork gestuurd. Daar aangekomen werden beiden ingesloten in de strafbarak 67.
Na vijf dagen werden Sara van Zuiden-van Huiden en haar nicht Serli Johanna van Zuiden op 7 September 1943 op transport gesteld naar Auschwitz, waar zij bij aankomst op 10 September 1943 onmiddellijk in de gaskamers van Auschwitz-Birkenau werden vermoord.
Bronnen: website Alle Drenten/bevolkingsregister Meppel; Gemeente Apeldoorn/overlijdensakte Abraham van Zuiden nr. 557 d.d. 28 October 1927; website wiewaswie.nl; website parkenbuurt.nl/loolaan Apeldoorn; Stadsarchief Amsterdam/woningkaarten Gerard Terborgstraat 34 I en 32 II en Postjesweg 159 I, archiefkaart Amsterdam Sara van Huiden; het archief van de Joodse Raad, registratiekaart van Sara van Zuiden-van Huiden en van Serli Johanna van Zuiden en de wikipedia website jodentransporten vanuit Nederland.nl.