Biografie

Over Naatje Vleeskruijer en haar moeder Flora Chapon.

Naatje Vleeskruijer was een dochter van Wolf Vleeskruijer en Flora Chapon. Zij was in Amsterdam geboren op 23 November 1888 in Amsterdam en was ongehuwd. Naatje heeft een opleiding voltooid als stenotypiste, heeft avondschool Nederlands gevolgd en bezat ook diploma’s voetkunde en pedicure. Zij heeft o.a. gewerkt als correspondente en privésecretaresse. Haar broer, Leendert, die ruim een jaar ouder was, trouwde in April 1912 met Geertruida Lionni en woonde daarna niet meer thuis bij zijn ouders.

Zowel Naatje’s vader als haar moeder waren geboren in het jaar 1863, maar haar vader Wolf Vleeskruijer overleed al op 15 Juni 1927 en werd op Muiderberg begraven. Het gezin woonde toen in de Plantage Kerklaan 32 in Amsterdam, waar Flora en Naatje zijn blijven wonen tot begin October 1932. Toen verhuisden zij naar huisnummer 30 in dezelfde straat.

Daarna volgde nog een 7-tal verhuizingen in Amsterdam, maar Naatje en haar moeder hebben vanaf Mei 1938 nog enkele maanden in de Scheldestraat in Den Haag gewoond: Naatje werkte in den Haag als kantoorbediende. Maar eind September van dat jaar keerden zijn weer terug in Amsterdam en woonden toen in de Blasiusstraat 32 hs.  

Flora Vleeskruijer-Chapon verhuisde daarna nog enkele malen totdat zij eind Juni 1940 op haar laatste adres belandde: Plantage Middenlaan 40 bovenhuis, waar Pension Blog gevestigd was en daar is zij op 14 November 1941 overleden. Op 16 November 1941 is zij begraven op de Joodse Begraafplaats te Muiderberg.

Naatje verhuisde echter vanuit de Blasiusstraat 32 naar de Zomerdijkstraat, vervolgens naar het Daniel Willinkplein waar zij inwoonde bij Ziekenoppasser, daarna naar de Maasstraat 138 en als laatste trok zij op 21 Mei 1943 in bij haar broer Leendert en zijn vrouw Geertruida Lionni in de  Waalstraat 97 II.

Ten tijde van de verplichte registratie van alle Joden in Nederland, was Naatje door de Joodse Raad “gesperrt wegens functie”. Zij kreeg een baan bij de Joodse Raad en werkte als stenotypiste bij de Algemene Dienst op de Nieuwe Keizersgracht 58, waartoe zij een legitimatie verstrekt kreeg met nr. A-1758 JR.

Op Zondag 20 Juni 1943 hielden de Duitsers een in het geheim voorbereidde razzia, om een groep nog niet gedeporteerde Joodse bewoners alsnog te deporteren. 5542 Joden werden opgepakt en per trein  afgevoerd naar Westerbork. Daarvan werd óók Naatje Vleeskruijer het slachtoffer. Die 20e Juni arriveerde zij in Westerbork waar zij werd ondergebracht in barak 65.

Uit aantekeningen van haar registratiekaart van de Joodse Raad blijkt dat zij nog pogingen heeft ondernomen om aan deportatie te ontsnappen. Op 24 Juni 1943 heeft Naatje laten informeren naar de “Barneveld aangelegenheid” bij Notaris Benders op de Keizersgracht 618, waarop  op 25 Juni het antwoord kwam, dat Notaris Benders geen kans zag voor “overplaatsing naar Barneveld”.

Op 29 Juni werd Naatje in een transport van bijna 2400 slachtoffers op transport gesteld naar Sobibor, waar Naatje Vleeskruijer en alle andere gedeporteerden direct bij aankomst op 2 Juli 1943 in de gaskamers werden vermoord. Er waren geen overlevenden van dit transport.

Bronnen o.a. het Stadsarchief Amsterdam, gezinskaart Wolf Vleeskruijer; archiefkaart Naatje Vleeskruijer; Amsterdamse woningkaart/Plantage Kerklaan 32; website stenenarchief.nl/graf Wolf Vleeskruijer en Flora Chapon;  het archief van de Joodse Raad, registratiekaarten van Naatje Vleeskruijer; de Wikipedia website “de Grote Razzia van Juni 1943” (alleen Nederlandse taal) en de Wikipedia website Jodentransporten vanuit Nederland.nl/29 Juni 1943.

Alle rechten voorbehouden