Verhaal

Herinneringen aan Jules de Bok

Mijn moeder werkte in het bontatelier van Jules de Bok aan de Prins Hendrikkade, dat hij samen met twee compagnons had. Nadat zijn (Duitse) vrouw hem had verlaten ging mijn moeder bij hem wonen aan de Prinsengracht, in de hoop hem als niet-joodse te kunnen beschermen tegen de anti-joodse maatregelen. Ze was actief in het verzet en ging een dag de stad uit, naar Rotterdam als koerier. Jules had een oproep gekregen en mijn moeder drukte hem op het hart zich niet te melden, maar hij ging toch, ook omdat zijn compagnons vreesden voor maatregelen als Jules zich niet zou melden. Hij werd vastgehouden op de Euterpestraat (hoofdbureau SD). Mijn moeder ging daarheen om te pleiten voor zijn vrijlating, maar was alleen getuige van hoe Jules - helemaal in elkaar geslagen - het gebouw uit werd gesleept.

Jules was een hele lieve man. Hij had zelf geen kinderen en ik - toen een meisje van 6 jaar - kwam veel bij hem over de vloer. Hij was altijd heel warm en aardig voor mij. Mijn moeder heeft haar hele leven een sigarettenkokertje van Jules bewaard, en dat heb ik op mijn beurt ook gedaan. Het kokertje heb ik gisteren aan het Joods Historisch Museum geschonken.

Mevr. van den Broek, Amsterdam
[genoteerd door de redactie]

Alle rechten voorbehouden