Paul Citroen was een van de twee Joodse leraren, - de ander was A. Bartels - die 'op last van de rijkscommissaris voor de bezette gebieden ontheven wordt van de waarneming van hun functie, aangezien zij van joodsen bloede zijn' (uit het jaarverslag van de Academie, 1940).
Na afloop van de oorlog voelt de Raad van Bestuur zich verplicht zich tegen aantijgingen als zou de Academie 'fout' zijn gewe…