Samuel Brodmann werd geboren in het Oostenrijks-Hongaarse (later Poolse) stadje Brochnia als zoon van David en Fanny Brodmann.
Hij trouwde in 1935 in Rotterdam met Perl Iwanier, die eerder dat jaar uit Duitsland naar Nederland was gekomen. Het echtpaar kreeg twee kinderen, die beiden de oorlog overleefden.
Samuel Brodmann was shochet (slachter) en tot 1940 mede-eigenaar van de worst- en conservenfabriek van zijn vader, plus een kosher restaurant. In september 1940 verhuisde het gezin naar Den Haag, waar ze op de Scheldestraat 77 kwamen te wonen.
Samuel Brodmann werd op 19 augustus 1942 vanuit het Franse doorgangskamp Drancy met transport nummer 21 naar Auschwitz gedeporteerd. Waarschijnlijk heeft hij geprobeerd naar bevrijd gebied te ontsnappen en is hij hierbij opgepakt.
Perl Brodmann-Iwanier en de twee kinderen werden in het voorjaar van 1943 in Den Haag opgepakt en naar kamp Vught gebracht. Op 7 juni werden ze doorgestuurd naar Westerbork, waar ze bleven tot hun deportatie naar Theresiënstadt op 18 januari 1944. Ze overleefden alledrie het kamp en keerden na de bevrijding naar Den Haag terug.
Bron: http://my.informedia.de/gedenkbuch.php?PID=12&name=4155&seite=38&suche=*