Zijn juiste achternaam is Wiltscheck. W. was een Berlijns kunsthandelaar en bezat een Galerie aan de Wilhelmstrasse 9-11. Gedurende de eerste oorlogsjaren was de naar Nederland uitgeweken W. secretaris van de eveneens naar Nederland gevluchte Duitse kunsthistoricus Max Jakob Friedländer. Friedländer stond als kunstexpert onder de protectie van Hermann Goering, die hem voor wegvoering behoedde. Wiltscheck vroeg omstreeks september 1942 op grond van zijn relatie met Friedländer bij de Sicherheitspolizei eveneens vrijstelling van de 'Arbeitseinsatz' aan. Dat werd hem geweigerd. Vanwege het ongeoorloofd wisselen van zijn verblijfplaats - zijn eerdere woonadres was Noordeinde 146a in Den Haag - werd hij gearresteerd en als strafgeval via Westerbork naar Auschwitz gedeporteerd, vermoedelijk met een van de novembertransporten van 1943.
Zie (o.a.): Justiz und NS-Verbrechen. Sammlung deutscher Strafurteilen wegen nationalsozialistischer Tötungsverbrechen, (Amsterdam 2001) Bd. XXV, Lfd.Nr.645, p. 608.
Addition