Op 31-10-1942 wordt Saartje gearresteerd in Utrecht op haar onderduikadres. Op 05-11-1942 wordt de aanklacht tegen haar opgesteld; ze loopt in het openbaar zonder Jodenster, ze houdt zich verborgen, woont zonder toestemming in Utrecht.
Als getuigen staan onder aan het formulier enkele agenten vermeld van het Bureau Joodse Zaken en Abraham Puls.
Puls had een verhuisbedrijf en was veel betrokken bij het leeghalen van Joodse woningen.
Addition