Addition

Elisabeth Lutraan (1923-1944)

Slachtoffer van de Jodenvervolging in WO-2

By: Cees

Korte beschrijving van het leven van Elisabeth Lutraan. Door: Leta Evers-Meijer en Cees Hoogendijk. Eerder verschenen in WederAardigheden, het donateursblad van de Historische Kring Wederden te Wierden (april 2015)


Wanneer u vanaf het station Wierden door de Stationsstraat richting centrum loopt, kan het gebeuren, dat u voor het woonhuis op nummer 29 iets opvalt. Een klein koperen plaatje tussen de stoeptegels. U zou er zo over kunnen struikelen. Wanneer u meer moeite neemt om ernaar te kijken, ziet u het volgende op deze ‘struikelsteen’ geschreven staan:

Hier woonde Elisabeth Lutraan Geboren 1923 Vermoord 31.1.1944 Auschwitz

Bent u oud Wierdenaar, dan weet u misschien, dat hier de Joodse familie de Haas heeft gewoond. U zult zich afvragen: Wie is Elisabeth Lutraan?

Struikelstenen, beter bekend als Stolpersteine, zijn ook in Wierden geplaatst ter nagedachtenis aan de Joodse inwoners die tijdens de oorlogsjaren op transport zijn gesteld en omkwamen in concentratiekampen.

Waarom een Stolperstein met de naam van Elisabeth voor de woning van de familie de Haas? Er zijn twee redenen. Ter nagedachtenis aan meneer en mevrouw de Haas zijn eerder al  Stolpersteine geplaatst voor de woning in Borne, hun onderduikadres,  van waaruit zij zijn opgepakt en afgevoerd. Een Stolperstein wordt maar één keer geplaatst. De tweede reden is het feit, dat Elisabeth Lutraan in de beginjaren van de oorlog als dienstmeisje voor dag en nacht in betrekking was bij de familie de Haas. Zij stond  in Wierden ingeschreven op dit adres: Stationsstraat 29.

De inwoners van Wierden kenden Elisabeth Lutraan eigenlijk niet. Maar wie was deze jonge vrouw? Elisabeth was het jongste kind van Izak Lutraan en Helena Pagrach. Over haar wordt verteld, dat zij een vriendelijk meisje is geweest. Elisabeth,  door haar familie Betje genoemd, is geboren op 3 augustus 1923 aan de Stationsstraat in Raalte op een steenworp afstand van de kleine, intieme Raalter synagoge. Het adres luidde toen Stationsstraat A 34. Het huisnummer is na de oorlog veranderd in Stationsstraat 15.

Izak was volgens het gemeentearchief veehandelaar van beroep. Hij woonde met zijn gezin naast zijn ouders op nummer 17. Zijn vader was slachter en na een ziekbed overleden op 20 mei 1940. Zijn moeder is overleden op 16 juni  1943 in Sobibor. Helena Lutraan, Lena genoemd, is afkomstig uit Holten en familie van de Pagrachs , toentertijd wonende aan de Kerkstraat in Wierden. Hiermee is ook de verbinding tussen de Raalter familie en Wierden gelegd.

Izak en Lena Lutraan kregen 5 kinderen. De oudste zoon David, geboren in 1914, overlijdt in 1915, slechts 10 maanden oud. De oudste dochter heette Gezina, geboren in 1918. Gezina trouwde in Amsterdam met Joseph Walvisch. In het doorgangskamp Westerbork is haar dochtertje Rosette geboren. Gezina is vermoord in Auschwitz. Daarna komt zoon David, geboren in 1920. Hij is samen met zijn ouders op 9 februari 1943 vanuit kamp Westerbork gedeporteerd naar Auschwitz waar ze op 11 februari aankwamen. David is daar gescheiden van zijn ouders die al op 12 februari 1943 zijn omgebracht. David heeft in verschillende concentratiekampen gezeten en heeft meegelopen in de beruchte dodenmars. Als enige overlevende is hij, zwaar getraumatiseerd, terug gekomen in Raalte. Hij was de enige Joodse Raaltenaar die levend terug is gekeerd uit de Duitse concentratiekampen. David is overleden in 1999. Rachel Lutraan, door de familie Sjellie genoemd, is geboren in 1922. Zij was gehandicapt, doofstom. Ook zij is omgebracht in 1944 in Auschwitz. Elisabeth was de jongste dochter.

Er zijn nog maar weinig mensen die deze familie kennen. Bij een bezoek in Raalte komt ter sprake dat een keurmeester van vee en vlees beroepshalve over de vloer kwam bij de Lutraans. Vaak nam hij op verzoek van zijn vrouw een paar kinderen mee (hij had een groot gezin). Zijn dochter herinnert zich, dat ze geregeld mee mocht samen met haar zus. De ontvangst was altijd hartelijk. Zij mocht als jong meisje bij de “vrouwtjes Lutraan” binnen en kreeg iets te drinken met wat lekkers (koekje) erbij. Er werd gesproken over “vrouwtjes”, omdat de Lutraans klein van stuk waren. Elisabeth kan zij zich niet herinneren. Elisabeth moet ongeveer een jaar of tien ouder zijn geweest.

Op een gegeven moment, in de beginjaren van de oorlog, is de keurmeester thuis gekomen met de mededeling: “Nu hoef ik nooit meer te stempelen!” (het goed gekeurde vlees kreeg een stempel). Hiermee vertelde hij, dat de familie Lutraan plotseling vertrokken was. Er werd verder niet over gesproken, zoals over zoveel niet werd gesproken in oorlogstijd.

Elisabeth wordt in 1941 ingeschreven in het Wierdense gemeentearchief. Zij is nog maar 18 jaar oud en heeft een betrekking als dienstmeisje gekregen bij de familie de Haas. Helaas heeft zij hier minder dan 2 jaar kunnen blijven. De familie de Haas moest onderduiken. De familie vertrok naar verschillende onderduikadressen. Meneer en mevrouw de Haas gingen naar Borne. Dochter Carla (de enige overlevende van dit gezin) naar Bergen op Zoom.

Waar moest Elisabeth naar toe? Terugkeren naar haar ouders was uitgesloten. Haar moeder is op 4 oktober en haar vader op 13 november naar Westerbork vervoerd. Elisabeth vond een andere betrekking in Wierden. Waarschijnlijk heeft ze gereageerd op een advertentie van de familie Leeser. Zij werd dienstmeisje bij het bejaarde echtpaar Joseph en Johanna Leeser. In het gemeentelijk basisarchief (geldend vanaf 1941) staat te lezen, dat Elisabeth op 30 december 1942 werd ingeschreven op het adres Appelhofstraat 14. De heer en mevrouw Leeser was een rustig, bejaard echtpaar. Elisabeth is voor de buurtbewoners in de Appelhofstraat niet opvallend aanwezig geweest. Het oppakken en afvoeren van Joseph en Johanna Leeser samen met Elisabeth is vrij onopvallend gebeurd. De buurt heeft het eigenlijk niet gemerkt. Slechts één buurtbewoner heeft verteld, dat hij  een zwarte auto voor de woning heeft zien staan, waar hij het echtpaar en een meisje (voor hem een onbekende jonge vrouw)  heeft zien instappen. Later bleek dat deze mensen, na dit vertrek per auto, nooit meer terug zouden komen in de Appelhofstraat.  

Op 21 april 1943 worden zowel Joseph en Johanna Leeser als Elisabeth Lutraan uitgeschreven uit het gemeentelijk basisarchief. Op 9 april 1943 is zij samen met haar zusje Rachel naar Kamp Vught gebracht. Beiden zijn op 15 november 1943 op transport gesteld en op 31 januari 1944 in Auschwitz omgebracht. Elisabeth was 20 jaar jong.

De Stolpersteine voor Elisabeth is geplaatst in de Stationsstraat voor het huis op nummer 29 en niet in de Appelhofstraat bij nummer 14. De historische kring heeft hierom gevraagd om, op deze manier, aan te geven dat ook de woning  aan de Stationsstraat een plek van herdenken waard is. In 2015 heeft de gemeente, op verzoek van de Historische Kring Wederden, de naam van Elisabeth Lutraan laten plaatsen op het Joods monument bij het station. Haar naam ontbrak. Opdat we haar naam samen met de andere genoemden nooit vergeten.

 

Met dank aan:

Historische Kring Wederden te Wierden
Historische Kring Raalte
Gemeente Wierden
Mevr. A. van Dommelen
Gesprekken met enkele Raaltenaren, niet genoemd bij naam

Media