Elie ging van 1 september 1926 tot 1 september 1939 naar de Amsterdamse dovenschool. In 1939 werd Eli van school ontslagen, om vervolgens te gaan werken bij de N.V. Wijnberg op de Gieterstraat 5-7, een fabriek voor massa-artikelen. Hij verdiende daar 6 gulden en 25 cent per week. Elie was perser van beroep.

Volgens de gegevens van de school was zijn vader rubberbewerker van beroep.

De laatste notitie over Elie is: “Overleden”.

Elie had dove ouders: Henri van Gelder en Betje van Kolm, een dove opa: Eliazer van Kolm (1867-1938) en een dove oma: Schoontje Roeg.

Ooggetuigen noemen Elie een leuke jongen, afkomstig uit een doof gezin. Hij was nogal bang uitgevallen, vertelt iemand. Hij kwam een keer spelen, maar dook onder het bed toen er onweer en bliksem was.

Elie was lid van de afdeling Atletiek van de Amsterdamse dovensportvereniging (ADSV).
In het novembernummer van 1938 van het tijdschrift ANDOR staat vermeld dat hij de tweede prijs won bij het 80 meter hardlopen.

In het jubileumboekje van de schaakclub Tot Ons Genoegen (TOG), staat Elie’s vader vermeld, H. van Gelder sr., samen met zes andere Joodse schakers die in de oorlog omgekomen zijn. Daaronder staat H. van Gelder jr. Waarschijnlijk is de voorletter verkeerd en gaat het hier om Elie. In het meinummer van 1935 van ANDOR staat vermeld dat Elie van Gelder (met verkeerde voorletter: R) de eerste prijs won in de Amsterdamse Schoolschaakwedstrijd. Dat het om dezelfde persoon gaat blijkt uit een bericht in het juni/julinummer van 1939 waarin staat dat Elie aan de club TOG belooft dat hij zich na het schoolverlaten bij deze club zal aansluiten om de kleuren te verdedigen.