Isaäc ging van 1 maart 1912 tot 1 mei 1915 naar de Amsterdamse dovenschool.

Volgens de gegevens van de Amsterdamse dovenschool was hij vermoedelijk doof geboren. Zijn ouders waren neef en nicht. Zijn vader was van beroep remmer aan het spoor. 

Op 1 mei 1915 staat vermeld dat Isaäc vertrokken is naar Nijmegen en in Groningen naar school zal gaan. Hij ging van 15 september 1915 tot 16 juli 1925 naar de Groningse dovenschool. Volgens de gegevens van de Groningse dovenschool was Isaäc niet doof geboren, maar doof geworden.

Hij leerde kleermaken en werd kleermaker van beroep.

Isaäc staat in het aprilnummer van 1932 van het tijdschrift ANDOR vermeld als lid van de fancy-fair commissie van de Amsterdamse dovenvereniging Guyot.

Isaäc verhuisde regelmatig heen en weer tussen Nijmegen en Amsterdam.