Izaäk ging van 18 augustus 1876 tot 7 juli 1886 naar de Groningse dovenschool. Volgens de gegevens van de school was hij doof geworden.

Zijn vader was koopman van beroep. Izaäk leerde schoenmaken, maar werd bootwerker en venter van beroep.

De school noteerde later dat hij reizend koopman was, in Amsterdam woonde en acht kinderen had.

Izaäk trouwde op 4 september 1895 in Amsterdam met Sara Druijf, doof en oud-leerlinge van de Rotterdamse dovenschool. Zij hadden negen kinderen: Emanuel de Vries (1895-1943), Rebecca de Vries (1898-1898), Aaltje de Vries (1899-?), Rebekka de Vries (1901-?), Sophia de Vries (1903-?), Abigael de Vries (1906-?), Henriëtte de Vries (1907-?), een dove dochter: Rachel de Vries, en een dove zoon: Jacob de Vries.

Izaäk en Sara woonden tot 1 oktober 1911 in Zaandam vanwege het beroep van Izaäk, hij was bootwerker.

Izaäk was volgens de ledenlijst van 1934 lid van de Amsterdamse dovenvereniging Guyot.