Een stoffenzaak in de Fahrenheitstraat Den Haag
Maurits Joseph van Trommel was getrouwd met Fijtje van Trommel de Groot.
De familie had drie kinderen, twee dochters Jette & Annie en zoon Joseph.
Vader Maurits runde samen met zijn vrouw een stoffenzaak op de hoek van de Fahrenheitstraat 498 en het Abeelplein in Den Haag. In die jaren een chique winkelstraat met mooie teakhouten winkelpuien en entreedeuren naar de boven gelegen woningen. De stoffenzaak had meerdere jonge dames in dienst o.a. Betsy Fresco, Annie de Graaf, Toos de Groot, Lena Hoevens en Julia Raap. De straat kwam later in de oorlog dicht aan de Atlantikwall te liggen. Op de hoek van de Fahrenheitstraat en de Laan van Meerdervoort lag het West End Theater dat veelvuldig werd bezocht door NSB-ers die voor de bouw van de Atlantikwall in de ontruimde en gespaard gebleven woningen woonden. Moesten de Van Trommels weg vanwege Sperrgebiet of doordat ze geprobeerd hadden uit Nederland te ontsnappen?
Lena Hoevens heeft aan haar zoon Hendrik het volgende verteld:
“Mijn moeder vertelde dat de heer Van Trommel erg aardig was en joviaal, mevrouw was wat meer afstandelijk. Het was een goed lopend bedrijf en er waren een aantal dames in dienst. Ze hadden een goede band met de naastgelegen slagerij. Het personeel had vaak plezier met de slagersjongens, ook de kinderen maakten graag plezier. Mijn moeder paste ook wel eens op of ging wandelen met de kinderen.
Op 1 oktober 1942 stond ze 's morgens voor een dichte deur en de familie was weg. Traumatisch ook voor haar, het waren Haagse politieagenten die ze hadden weggevoerd. In de zomer van 1942 heeft de familie waarschijnlijk nog overwogen via Scheveningen naar Engeland te vluchten op een vissersboot. Maar dat kostte veel geld en het is niet doorgegaan”.
Op 4 oktober 1948 wordt door een Haagse ambtenaar van de Burgerlijke stand, op basis van een beschikking (8 september 1948) van de Arr. Rechtbank Den Haag, een aangifte opgemaakt dat Maurits Joseph van Trommel op 24 januari 1945 is overleden tussen het werkkamp Blechhammer en het concentratiekamp Groβ-Rosen. In januari 1945 werd het concentratie- en vernietigingskamp Auschwitz geëvacueerd richting het westen.
In het jaar 1942 vond er een selectie plaats op het station van Blechhammer waar de trein uit Westerbork een stop maakte. De mannen met de leeftijd tussen de 15 en 55 jaar werden uit de trein gehaald om dwangarbeid te verrichten bij de Organisation Schmeldt o.a. het kamp Blechhammer, later een buitenkamp van KZ Auschwitz. Hier werd uit steenkool, benzine geproduceerd
Op 26 april 1951 wordt door een Haagse ambtenaar van de Burgerlijke stand op een schriftelijk verzoek van de minister van Justitie de aangifte van overlijden van Joseph van Trommel (zoon) op 5 november 1942 in de omgeving van Oswiecim (Auschwitz) verwerkt.
Op 10 februari 1953 wordt door een Haagse ambtenaar van de Burgerlijke stand een aangifte opgemaakt, op basis van een uittreksel uit 1948 van de Nederlandse Consul in Warschau, dat moeder Fijtje, en dochters Jette Anne en Annie, eind november 1942 in Oswiecim zijn overleden.
Hendrik Kouwenberg verteld:
Het jaar 2012, mijn moeder is 97 jaar oud en altijd als we de foto's bekijken vertelt ze of het gisteren gebeurde. Het heeft voor altijd een diepe indruk gemaakt. Ze sprak overigens altijd over de familie Trommel. Pas op het internet ontdekte ik dat het Van Trommel moet zijn.
Hendrik Kouwenberg
Bron: Hendrik Kouwenberg, Joods Historisch Museum, Jeroen van Zijderveld
Geplaatst door Stichting WO2 Sporen JvZ op 20 mei 2018 (OGS)