Addition

Een gedicht van Jaques Presser en Ida Gerhardt voorgelezen

By: Veldhuis

Op 20 september 2019 voorafgaande aan de onthullingen van de struikelstenen, leest Jantien van Wageningen twee gedichten voor .

Jantien van Wageningen leest twee gedichten voor tijdens de plenaire samenkomst voorafgaande aan de onthullingen van de struikelstenen

foto Wieske Veldhuis

'Gedenken wij thans onze doden' uit 1945 van Jacques Presser en

'Steen-inscriptie' van Ida Gerhardt:

 

Gedenken wij thans onze doden uit 1945

Gedenken wij thans onze doden

Want straks, wanneer wij zijn bevrijd,

zullen ons andere plichten noden

en nieuwe smarten staan bereid.

 

Herdenken wij wie van ons gingen

En die wij hebben liefgehad

Straks zijn zij ons herinneringen

En eenmaal zelfs niet meer dan dat.

 

Hoelang nog zal hun glimlach beven

Door onze tranen; van hun woord

De echo in onze harten leven?

Hoe lang nog? Ach, wij moeten voort.

 

Ons wenken straks weer verdere kimmen,

Ons wacht een smal en doornig pas.

Gedenken wij thans nog de schimmen

van wie wij hebben liefgehad.

(Jacques Presser)

 

Steen-inscriptie

Dit is de stoet der Joden, saamgesnoerd met touwen,

de blote zolen op het rotsplateau geplant;

de mannen stom gefnuikt, de lastbeladen vrouwen

met kinderen geklemd aan de gebonden hand.

 

De daad van Pharaoh in het graniet geschreven;

trotse hiëroglyphen melden stam en tal.

'k zie een grauw perron, de Joden saamgedreven,

de rijen ogen links, naar Pharaoh beval.

 

De steenhouwer zou één fout met de dood bekopen:

er mag geen naam ontbreken in de slaventrein.

Opdat zij zouden gaan, schroefde ik de schrijfstift open,

de letters zettend die nooit uit te wissen zijn.

Ariër-verklaring 1941

 

(Ida Gerhardt, uit: De hovenier, 1961)

 

 

All rights reserved