Addition

Andries Nunes Vaz Opgepakt bij razzia op zaterdag 22 februari 1941

Andries Nunes Vaz

Amsterdam 23.09.1912 - Hartheim 11.08.1941

Nieuwe Kerkstraat 52-III

schilder

Andries en zijn broer Joseph (roepnaam Jos) Nunes Vaz groeiden op in het gezin van Jacob Nunes Vaz en Esther van Linda. Ze waren met velen, vijf jongens en vijf meisjes. Vader Jacob, die schilder was, had moeite zijn grote gezin te onderhouden. In de loop van veertig jaar verhuisde het zich steeds uitbreidende gezin vanwege huurachterstanden in totaal 21 keer ‒ een duidelijk teken van armoede ‒ naar huizen in met name de
Nieuwe Kerkstraat en in de Zandstraat in de Nieuwmarktbuurt. Geregeld moest Jacob een beroep doen op de Steun.

De een na jongste zoon Andries werd evenals zijn vader schilder, niet als zelfstandige, maar bij een woningbouwvereniging. Dat bood meer zekerheid, vooral omdat die verenigingen in de jaren twintig en dertig zeer actief waren in Amsterdam. Veel huizen in de stad waren onbewoonbaar geworden en er vond op grote schaal stadsuitbreiding plaats, met name in Amsterdam-Oost.

In maart 1933 trouwde Andries met de 17-jarige Schoontje van Sister, dochter uit een eveneens groot en arm gezin met twaalf kinderen. Schoontjes vader Isaac was venter. Andries en Schoontje kregen drie dochters, Esther, Marianne en Sara.

Joseph, de vier jaar oudere broer van Andries, werkte aanvankelijk in de brandstoffenhandel (kolen), werd daarna venter in bloemen en weer later poelier. Hij trouwde in oktober 1930 met Duifje Turfreijer, dochter van een lompenventer en afkomstig uit een groot arm gezin met acht kinderen, allen meisjes. Ook Duifje was opgegroeid in de Jodenbuurt en menig maal (achttien keer) verhuisd. Joseph en Duifje kregen vier zoons en drie dochters (een meisje, Rachel, overleed toen ze een halfjaar oud was). Als poelier was het voor Jos moeilijk zijn vrouw en kinderen te onderhouden en ook hij moest met zijn gezin vele malen verkassen, maar liefst zestien keer.

Ten tijde van de razzia’s in februari 1941 woonde Andries in de Nieuwe Kerkstraat en Jos in de Rapenburgerstraat. Beide broers liepen op zaterdag 22 februari samen op het Waterlooplein en werden opgepakt. Ook twee zwagers van hun echtgenotes werden meegenomen: de man van Schoontjes zus Dina, Nathan Engelsman, en de man van Duifjes zus Elisabeth, Meijer Beesemer. De 28-jarige Andries was de eerste van de twee broers die om het leven kwam. Hij werd op 11 augustus 1941 vermoord in de gaskamer van Slot Hartheim. In de administratie van Mauthausen staat als ‘officiële’ overlijdensdatum 3 september 1941 genoteerd. De 33-jarige Jos werd een week later, op
18 augustus 1941, in Mauthausen 'auf der Flucht erschossen'.

De echtgenote van Jos, Duifje, en vijf van hun kinderen werden op 7 mei 1943 opgepakt door een lid van de Colonne Henneicke, een groep Nederlandse collaborateurs die actief was als premiejager en voor iedere persoon die opgebracht werd
7 gulden 50 kreeg. Duifje en de kinderen werden naar de Hollandsche Schouwburg aan de Plantage Middenlaan gebracht en gingen van daaruit naar Westerbork. Ook twee andere dochters, Esther en Hendrika, werden naar dat kamp overgebracht. Moeder Duifje vertrok op dinsdag 18 mei 1943 met zeven kinderen onder de 12 jaar vanuit Westerbork naar Sobibor, waar ze allen op 21 mei werden vermoord. De vrouw van Andries, Schoontje, werd samen met haar drie dochters van
2, 7 en 8 jaar met transport 48 vanuit Westerbork naar Auschwitz gedeporteerd, waar ze direct na aankomt op 5 februari 1943 werden omgebracht. Ook moeder Esther Nunes Vaz-van Linda werd in februari 1943 in Auschwitz vermoord. Haar man Jacob was al in april 1937 overleden. Van de tien broers en zussen van Andries en Jos overleefden slechts twee zussen. Beiden waren gehuwd met een niet-Joodse echtgenoot.

Andries Nunes Vaz, met rechtsonder zijn vrouw Schoontje Nunes Vaz-van Sister. Foto uit privécollectie

De broers Andries en Joseph kwamen uit een groot en arm gezin. Vader Jacob Nunes Vaz liep geregeld in de Steun. Het gezin met tien kinderen moest vanwege huurachterstanden en huisuitzettingen minstens 21 maal verhuizen.
Voor- en achterzijde van gezinskaart, Stadsarchief Amsterdam
Historisch onderzoek en geschreven door Wally de Lang