Addition

'Let op de ennetjes'

Muziek was de passie van Louis Polak en zijn vrouw Marie Trompetter

Het perschriftje van Louis Polak waarin hij de recensies bewaarde van zijn concerten

Louis Polak (1886 -1943) en zijn vrouw Marie Polak Trompetter (1890-1943) woonden vanaf 1933 op de Ringdijk 26’ en daarvoor aan de Linnaeuskade 24. Hij werkte als advertentieverkoper voor de Wiering’se Weekbladen. Hij was trots op zijn vak. Hij vond dat hij zijn klanten altijd recht in de ogen kon kijken en ‘geen straatje om hoefde te lopen’ als hij ze tegenkwam. Daarvoor was hij handelaar in zilveren voorwerpen. Marie Polak Trompetter was ‘diamant snijster'. Ze hadden geen kinderen.  De grote passie in hun beider leven was de muziek. Op jonge leeftijd zong Louis Polak al in verschillende Joodse gezelschappen. Hij was enkele jaren een vaste zanger (bariton) van het Koor der Grote Synagoge aan het Jonas Daniël Meijerplein. Dit koor dat onder leiding stond van Samuel Henri Englander, was tot buiten de landsgrenzen beroemd. Hij maakte ook onderdeel uit van het ‘Vocaal Trio der Groote Synagoge.’ In de Watergraafsmeer richtte hij kinderkoren op, zoals ‘Oud- Watergraafsmeer’ en ‘de Meerzangers’. Hij kreeg lovende kritieken voor zijn optredens. Hij bewaarde deze recensies in een schriftje dat gelukkig bewaard is gebleven. Hij vond zuiver zingen en een goede uitspraak heel belangrijk. ‘Denk aan de ennetjes’ hield hij zijn kinderen voor. Hij leerde ze niet alleen zingen, maar gaf ze ook een stuk culturele bagage mee, waar velen hun leven lang op teerden. Louis Polak kende een breed repertoire en koos wat hij mooi vond. Marie Trompetter zong vaak solo's bij zijn concerten. Hij moet vele vooroorlogse musici gekend hebben. Ontroerend was een uitvoering in 1935 waar kinderliedjes van Catharina van Rennes gezongen werden. Zijzelf was daarbij aanwezig en ze werd door de zaal ovationeel begroet. Louis Polak en zijn vrouw waren er tot op het laatst van overtuigd dat ze de oorlog zouden overleven. Ze hadden toch nooit iemand iets misdaan? Ze zijn beiden op 4 juni 1943 in Sobibor vermoord.

Media