Isaac Philipson was een zoon van Elias Philipson en Rika Waissel.
Toevoeging van een bezoeker van de website
Isaac Philipson werd op sjabbat 24 november 1929 de opvolger van rabbi Potsdammer. Rabbi Philipson werd geïnstalleerd door opperrabijn Tal uit Utrecht. Rabbi Philipson was leraar van een voor zijn tijd vrij grote Joodse gemeente. Ds. J.A.van Nie uit Hoogeveen herinnerde hem later als "een bescheiden mens, die onopvallend zijn weg ging in de Hoogeveense gemeenschap. Een man vol eerbied voor het Heilige Woord. Wanneer hij de wetsrollen hanteerde, dan sprak uit elk gebaar een diepe eerbied voor de heilige schrift. In zijn kring was hij bekend om zijn prachtige reciteren van wet, profeten en geschriften. Als leraar van de gemeente was zijn klacht, dat de leden nog maar zo weinig van de schrift wisten. Zeer dankbaar was hij altijd voor belangstelling van buitenstaanders voor het Joodse leven en met vreugde gaf hij de gevraagde inlichtingen. In de familie van Rabbi Philipson was het al veel langer gebruikelijk dat men op de sjofar blies. Vandaar dat ook hij op met Joods nieuwjaar en op Grote Verzoendag op de sjofar blies, en dit niet werd opgedragen aan een andere blazer uit de Joodse gemeenschap."
Voordat de bezetters de synagoge in bezit namen en de Joodse gemeente van Hoogeveen werd weggevoerd, had rabbi Philipson de heilige boekrollen, de sjofar en andere voorwerpen voor de eredienst elders ondergebracht. Samen met de Joodse inwoners van Hoogeveen werd rabbi Philipson, zijn vrouw en twee jonge kinderen afgevoerd naar de Duitse vernietigingskampen.
Na de oorlog is een straat in Hoogeveen genoemd naar Isaac Philipson.
Toevoeging van een bezoeker van de website
Een foto van Isaac Philipson is te vinden in: H. Beem, De verdwenen Mediene : mijmeringen over het vroegere Joodse leven in de provincie (Amstelveen 1982)
Deze persoon wordt herdacht op een gedenkteken in Hoogeveen. Een beschrijving van dit gedenkteken is te vinden op de website van het Nationaal Comité 4 en 5 mei.