Mietje Gompers, geboren op 10 Januari 1864 in Amsterdam, was een dochter van Philip Barend Gompers en Heintje Jacob Boas. Zeven kinderen van dit echtpaar zijn tijdens de Holocaust om het leven gekomen: Mietje zelf, maar ook haar broers en zusters Sara, Esther, Eliazer, Hartog, Levie en Clara.
Mietje trouwde in Weesp op 22 Februari 1893 met Matthijs Kokernoot, diamantslijper van beroep, zoon van Joseph Israel Kokernoot en Vrouwtje Wortelboer Het echtpaar kreeg zes kinderen, t.w. Frederika, Hendrika, Sophie, Sara, Joseph en Stella, die allen tijdens de Sjoa zijn vermoord. Mattijs Kokernoot overleed echter al op 47-jarige leeftijd op 4 Januari 1911 in Amsterdam; niet bekend is waar hij is begraven.
Mietje Kokernoot-Gompers woonde met haar man en kinderen op de Amsteldijk 21 hs, en bleef daar wonen, ook ná het overlijden van haar man. Haar dochters Sophie en Stella waren niet getrouwd en woonden thuis bij hun moeder. Sophie werkte als kinderverzorgster en Stella was lingerie-naaister.
Op 6 April 1943 werden Mietje Kokernoot en haar dochter Stella in Westerbork geregistreerd en moest tot aan hun deportatie verlijven in barak 57. Op 13 April werden beiden op transport gesteld naar Sobibor, waar zij bij aankomst aldaar op 16 April 1943 onmiddellijk werden vermoord.
Bronnen o.a. Stadsarchief Amsterdam, geboorte en huwelijksregisters, archiefkaarten van Mietje Gompers, Sophie Kokernoot en Stella Kokernoot; het archief van de Joodse Raad, registratiekaarten van Mietje Kokernoot-Gompers en Stella Kokernoot en toevoegingen van een bezoeker van de website.