Judic Bloemhof was het eerste kind uit het tweede huwelijk van Salomon Abraham Bloemhof. Zijn eerste vrouw, Roosje Ossendrijver was op 25 Augustus 1909 overleden en twee jaar later hertrouwde hij met Anna Vleeskruijer. Judic was geboren op 14 November 1912. Later volgde nog een zusje Johanna.
Judic Bloemhof werkte als magazijnbediende. Zij woonde thuis bij haar ouders in de Hofmeijerstraat 23 II in Amsterdam Oost, totdat zij op 10 Januari 1940 in Amsterdam trouwde met Hartog Mullem, (doorgaans Harry genoemd), een zoon van Hijman Mullem en Vogeltje Pront. Harry Mullem verdiende zijn brood als marktkoopman in textiel. Het echtpaar Mullem betrokken op 10 Januari 1940 een eigen woning op het Afikanerplein 50 II in de Amsterdamse Transvaalbuurt, waar in 1942 ook Judic’s zus Johanna Barzilaij-Bloemhof met haar gezin bij in zou komen wonen.
Judic en Harry Mullem behoorden bij de eersten die al dan niet middels een oproep gehoor gaven om in Duitsland tewerkgesteld te worden voor de zogenaamde “werkverruiming onder politietoezicht”. Zij werden op 27 Juli 1942 beiden vanuit Westerbork op transport gesteld naar Auschwitz waar zij omstreeks 30 Juli zijn aangekomen en als dwangarbeiders daar zijn tewerkgesteld.
Het is niet exact bekend op welke datum Hartog Mullem en Judic Bloemhof daar om het leven zijn gekomen. Daarom heeft het Nederlandse Ministerie van Justitie na de oorlog opdracht gegeven aan de gemeente Amsterdam om zowel voor Hartog Mullem als ook voor Judic Mullem-Bloemhof een akte van overlijden op te maken, waarin is vastgesteld zat zij op 30 September 1942 in Auschwitz zijn overleden.
Bronnen o.a. Stadsarchief Amsterdam, archiefkaarten van Hartog Mullem en Judic Bloemhof en de gezinskaart van Salomon Abraham Bloemhof; het archief van de Joodse Raad, registratiekaarten van Hartog Mullem en Judic Mullem-Bloemhof.