Jacob Heijmans, geboren op 3 Maart 1903 in Alphen aan den Rijn, was een zoon van Joseph Heijmans en Susanna Gersons. Hij had twee broers, Nathan en Abraham Barend, en twee zusters, Elizabeth en Henriette. Er was ook nog een broertje Benjamin geweest, die drie maanden na zijn geboorte in 1895 al is overleden.
Nadat Jacob’s ouders, samen met zijn zussen Elizabeth en Henriette na 1921 uit Alphen aan den Rijn verhuisden naar het Gooi en terecht kwamen in de Van Lijndenlaan 25 in Naarden, is Jacob ook zelf rond die tijd naar Naarden verhuisd, waar hij heeft gewoond in de Pater Wijnterlaan 33. Zijn broer Abraham Barend woonde al vanaf 1921 in Bussum, waar hij een tandartspraktijk had. Zijn broer Nathan vertrok al in 1917 uit Alphen aan den Rijn naar Amsterdam naar trok in 1921 eveneens naar Bussum waar hij tot 1933 bij zijn broer Abraham Barend woonde.
Op 28 April 1937 verhuisde de nog altijd ongehuwde Jacob Heijmans van Naarden naar Den Haag, waar hij woonruimte vond in de Parkstraat 87. Na zes maanden verhuisde hij naar Bleijenberg 33, waar hij anderhalf jaar heeft gewoond. Op 20 Maart 1939 werd zijn adres Batjanstraat 20, gelegen in de Archipelbuurt van Den Haag. Ten tijde van de registratie van de Joden in Nederland, was zijn adres De Ruijterstraat 55 in Den Haag. Jacob was kantoorbediende van beroep.
Op Jacob Heijmans’ registratiekaart van de Joodse Raad en uit het archief van het Rode Kruis blijkt dat hij op 11 December 1942 in Westerbork is binnengebracht. Volgens lijsten, opgesteld in Westerbork, was hij een “Strafgeval”, maar onduidelijk is welk “vergrijp” hij gepleegd zou hebben. Opvallend is overigens wel dat Jacob Heijmans vanaf 27 October 1943 tot 25 November 1943 als “Strafgeval” ruim een maand geregistreerd was in barak 81, het kampziekenhuis van Westerbork. Maar ook is aangetekend op zijn registratiekaart van de Joodse Raad, dat hij al op 27 Januari 1943, d.w.z. 6 weken nadat hij in Westerbork werd binnen gebracht, ook één dag in het ziekenhuis in Den Haag is geweest. Of er sprake was van mishandeling bij arrestatie of dat hij ziektes onder de leden had, is onbekend.
Op of na 25 November 1943 werd Jacob uit het kampziekenhuis ontslagen maar nog altijd beschouwd als “strafgeval” en op 25 Januari 1944 werd hij met een z.g. straftransport van Westerbork naar Auschwitz gestuurd. Dit transport met in totaal 948 gedeporteerden, arriveerde op de eindbestemming op 28 Januari 1944 waarbij Jacob Heijmans toen onmiddellijk in de gaskamers van Auschwitz-Birkenau werd vermoord.
Bronnen o.a. het Gemeente Archief Den Haag, gezinskaart van Jacob Heijmans; het archief van de Joodse Raad, registratiekaart van Jacob Heijmans; het archief van het Rode Kruis, lijsten met zich in het ziekenhuis bevindende strafgevallen; website wikipedia met de jodentransporten vanuit Nederland.nl en de overlijdensakte voor Jacob Heijmans, nr. A2550 d.d. 23 December 1947, opgemaakt door de Gemeente den Haag bij beschikking van de Arrondissementsrechtbank van Den Haag van 29 October 1947.