Biografie

Over Isaäc Zwaaf, zijn gezin en zijn 2e vrouw Roosje Reens.

Isaäc Zwaaf was een zoon van Jacob Zwaaf en Christina Vleesdraager. Hij was geboren in Amsterdam op 24 Juli 1884 en verdiende een boterham als sigarenmaker, als chocoladewerker en winkelier van chocolade artikelen. Hij trouwde op 4 Mei 1910  in Rotterdam met Bloeme Swaluw, die geboren was op 11 April 1889 in Amsterdam als dochter van Hijman Swaluw en Esther Springer.

Het echtpaar Zwaaf-Swaluw kreeg vier kinderen, t.w.  Christina in 1910, Esther in 1915, Hijman in 1919 en Jacob in 1923. Alleen Jacob overleefde de Holocaust; hij trouwde in Augustus 1942 met Martha Sluijs en kreeg met haar twee kinderen, die na de oorlog zijn geboren. De andere kinderen van Isaäc en Bloeme zijn, al dan niet met hun gezinnen, tijdens de Sjoa vermoord.

Nadat Isaäc en Bloeme waren getrouwd, betrokken zij een huis in de Helmersstraat 13b in Rotterdam. Isaäc woonde daar al eerder, maar op andere huisnummers. In 1918 verhuisden zij naar de Aert van Nesstraat 30b waar zij een “inwoning” hadden maar op 11 December 1924 keerden zij weer terug naar de Helmersstraat, nu naar huisnummer 23a.

Isaäc’s vrouw Bloeme Swaluw overleed echter op 5 Juli 1935 en werd begraven op de Joodse Begraafplaats Toepad in Rotterdam. Vervolgens hertrouwde de toen 51-jarige Isaäc op 11 Maart 1936 in Amsterdam met de 45-jarige Roosje Reens, die daar geboren was op 12 Maart 1890 als dochter van Mozes Reens en Lena van Dam.

Na het overlijden van hun moeder trouwden Christina Zwaaf in 1936 met Isaac de Jong en haar zus Esther in 1937 met Joseph Davids. Zij verlieten hun ouderlijk huis om elders in de stad eigen woonruimte te betrekken. Hijman, die ongehuwd was, vertrok op 3 Juli 1939 naar een eigen woning in de Aleidisstraat 73b in Rotterdam. Alleen de jongste zoon Jacob woonde nog thuis, samen met zijn vader Isaäc en stiefmoeder Roosje Reens.

Na het bombardement op Rotterdam van 14 Mei 1940 vertrokken zij op 18 Mei naar Amsterdam, waar zij terecht konden bij de broer van Roosje, Marcus Reens en zijn gezin in de Jodenbreestraat 64 hs en op 16 November 1940 werden zij daar officieel ingeschreven. Kort daarna al, verhuisden zij naar het Beukenplein 3 hs in Amsterdam-Oost, waar Isaac Zwaaf samen met zijn zoon Jacob een zaak in kruidenierswaren runde. Zijn zaak werd aangemerkt als een z.g. “Joods Lokaal”, waardoor hij en zijn vrouw een bijzondere “Sperre” kreeg van de Joodse Raad en voorlopig vrijgesteld werden van deportatie.

Op 20 Juni 1943 werden Isaäc Zwaaf en zijn vrouw Roosje Reens ten tijde van de in het geheim voorbereidde grootschalige razzia in Amsterdam gearresteerd en samen met ruim 5500 andere opgepakte Joden afgevoerd naar Westerbork. Van daar werden zij op 29 Juni beiden op transport gesteld naar Sobibor waar zij bij aankomst op 2 Juli 1943 onmiddellijk in de gaskamers daar werden vermoord.

Bronnen o.a. het Stadsarchief Rotterdam, gezinskaart Isaäc Zwaaf; website wiewaswie.nl/huwelijk Bloeme Swaluw; website hetstenenarchief.nl/ graf Bloeme Swaluw; Stadsarchief Amsterdam, archiefkaart van Roosje Reens, woningkaarten Amsterdam Jodenbreestraat 64 en Beukenplein 3; het archief van de Joodse Raad, registratiekaarten van Isaäc Zwaaf, Roosje Zwaaf-Reens, Jacob Zwaaf en Martha Zwaaf-Sluijs.

Alle rechten voorbehouden