Nathan Droomer was een zoon van Benjamin Droomer en Jetje Wallig. Hij was geboren op 15 Januari 1893 en was de vierde van de zeven kinderen in het gezin, waarvan één kind in 1895 doodgeboren werd, één kind op bijna 3-jarige leeftijd overleed en één kind de oorlog overleefde doordat hij gemengd gehuwd was. Vier kinderen, waaronder hij zelf, werden tijdens de Sjoa werden vermoord.
Nathan Droomer werkte als kelner en als winkelbediende. Hij trouwde op 25 October 1916 in Hilversum met Grietje Woudhuijsen, een dochter van Benjamin Woudhuijsen en Rachel Plukker en kreeg met haar vijf kinderen. Grietje was geboren op 28 Februari 1889 in Amsterdam en had nog drie zussen, Mietje, Floortje en Eva en één broer, Hijman, die allen tijdens de Sjoa zijn vermoord.
Op 30 October 1916 woonden Nathan en Grietje op de Hilversumse Boschdrift 20 maar kort daarop verhuisden zijn naar Utrecht, waar hun eerstgeboren zoon Benjamin werd geboren op 17 Augustus 1917. Later woonden zij weer in de Anemonestraat in Hilversum, waar drie kinderen zijn geboren: Andries, Henriette en Flora; Mary Rachel werd in 1928 in Amsterdam geboren.
Op 28 Januari 1935 vertrokken zij naar Gouda, waar zij woonden op de Korte Tiendeweg 9. Maar al weer in Juli 1935 keerden zij weer naar Amsterdam en betrokken toen een woning op de Nieuwe Achtergracht 106 I, wat achteraf gezien tevens hun laatst bekende adres in Nederland zou worden.
De kinderen Andries, zijn vrouw Zlata Laks - met wie hij op 21 Januari 1942 gehuwd was - en zijn zussen, Henriette en Flora Droomer hebben kennelijk gevolg gegeven aan de oproep voor de z.g. “werkverruiming in Duitsland”, de “Arbeitseinsatz”. Op 17 Juli hebben zij zich in Westerbork gemeld en op 21 Juli werden zij op transport gesteld naar Auschwitz. Gebleken is dat zij daar allen, op verschillende data van de tweede helft van September 1942, om het leven zijn gekomen.
Nathan Droomer, zijn vrouw Grietje Woudhuijsen en hun jongste dochter Mary Rachel werden echter in de nacht van 1 op 2 April 1943 vanuit Amsterdam op transport gesteld naar het concentratiekamp Vught. Op 24 Mei werden zij van daar overgebracht naar Westerbork waar zij de nacht verbleven in barak 60. De volgende dag, op 25 Mei werden zij gedeporteerd naar Sobibor, waar zij bij aankomst op 28 Mei 1943 onmiddellijk werden vermoord in de gaskamers daar.
Bronnen o.a. het Stadsarchief Rotterdam, gezinskaart Benjamin Droomer; het Stadsarchief Amsterdam, archiefkaarten van Nathan Droomer en Grietje Woudhuijsen; Het Streekarchief Midden Holland, gezinskaart Nathan Droomer uit Gouda; Het Utrechts Archief, geboorteakte Benjamin Droomer en het archief van de Joodse Raad, registratiekaarten van o.a. Nathan Droomer, Grietje Droomer-Woudhuijsen, Benjamin Droomer, Jansje Droomer-Naarden, Andries Droomer, Zlata Droomer-Laks en Henriette, Flora en Mary Rachel Droomer.