Mozes van Leeuwen was een zoon van Alexander van Leeuwen en Veronica Pos. Hij was geboren op 12 Juni 1904 in Den Haag en hij stond bekend als handelaar in wollen goederen. Hij trouwde op 24 Augustus 1927 in Den Haag met de uit Haarlem afkomstige Maria de Jong, die geboren was op 17 December 1902 als dochter van David de Jong en Sara Cohen. Het echtpaar kreeg een dochter op 18 Juli 1928, genaamd Veronica.
Nadat Mozes van Leeuwen zijn ouderlijk huis had verlaten, woonde hij in den Haag op verschillende adressen, o.a. in de Jacob Catsstraat, de St. Jacobstraat, de Hemsterhuisstraat en in de Wagenstraat 64, waar Mozes op 24 Augustus 1927 samen met zijn bruid Maria de Jong werd ingeschreven want pas tegen de datum van hun huwelijk, kwam Maria vanuit Haarlem naar Den Haag. Zij bleven in de Wagenstraat tot 4 September 1928 en verhuisden toen naar de Donkere Spaarne 54 rood in Haarlem. Op enig moment verhuisde de familie Van Leeuwen in Haarlem naar de Korte Heerenstraat 6 wat tevens hun laatst bekende adres in Nederland zou blijken te worden.
Mozes van Leeuwen was in Haarlem ook begrafenisondernemer. Hij was lid van- en drager bij het chewra kadiesja Gemiloet Chassadiem'. Zo'n chewra kadiesja, geheel bestaande uit vrijwilligers, draagt vaak de naam 'Gemiloet Chassadiem', waarvan de letterlijke betekenis 'het bewijzen van trouw' is, hetgeen men kan vinden bij Jacobs laatste wilsbeschikking (Bereesjiet/Genesis 47:29) En trouw zijn ze, deze vrijwilligers, die op elk moment van hun leven klaar staan om de doden te wassen, de enige dienst waarvoor geen dankjewel gezegd kan worden. Bron website https://joodsleven.nl/jodendom/Rouw/Rouwperiode-2.htm. Mozes vervulde nóg een functie bij de N.I.G. Haarlem: hij was naast lid van het chewre en drager, tevens schoonmaker van het gebouw van de Gemeente.
Uit de registratiekaarten van Mozes van Leeuwen en zijn dochter Veronica uit de Joodse Raad Cartotheek blijkt, dat zij een oproep hebben gekregen voor de z.g. werkverruiming in Duitsland, de Arbeitseinsatz. Op 27 Augustus 1942 hebben zij zich in Westerbork moeten vervoegen en op 28 Augustus werden zij op transport gesteld naar Auschwitz. Dit was het eerste transport van de z.g. Kozel periode, waarbij de trein een tussenstop maakte bij het plaatsje Kozel, gelegen ± 80 km westelijk van Auschwitz. Daar werden 170 jongens en mannen tussen 15 en 50 jaar gedwongen de trein te verlaten om vervolgens in de omliggende werkkampen van Auschwitz te worden tewerkgesteld als dwangarbeiders. Zij die in de trein achterbleven, werden verder naar Auschwitz vervoerd om daar te worden vermoord.
Mozes van Leeuwen behoorde zeer waarschijnlijk tot deze groep van 170 mannen, die in Kozel de trein moesten verlaten. Hij is uiteindelijk in het kamp Gross Rosen terechtgekomen, waar hij op 7 Februrai 1945 is omgekomen. Zijn dochter, de 14-jarige dochter Veronica van Leeuwen werd vanaf Kozel met dat zelfde transport doorgestuurd naar Auschwitz, waar zij bij aankomst op 31 Augustus 1942 onmiddellijk in de gaskamers daar werd vermoord.
Uit de registratiekaart van Maria de Jong uit de Joodse Raad cartotheek blijkt, dat zij geen oproep voor de Arbeitseinsatz heeft gekregen. Maria werd pas op 6 Mei 1943 naar Westerbork afgevoerd waar zij verbleef in barak 55. Op 11 Mei werd zij gedeporteerd naar Sobibor waar zij bij aankomst op 14 Mei 1943 onmiddellijk in de gaskamers werd vermoord.
Bronnen o.a. de website wiewaswie.nl/huwelijk Van Leeuwen-De Jong; Gemeentearchief Den Haag, gezinskaart Mozes van Leeuwen; het Archief van de Joodse Raad, registratiekaarten van Mozes van Leeuwen, Maria van Leeuwen-de Jong en Veronica van Leeuwen; Transportlijst 11 Mei 1943 naar Sobibor/boek Jules Schelvis, Vernietigingskamp Sobibor/Maria van Leeuwen-de Jong; overlijdensakte C-42 uit Haarlem voor Veronica van Leeuwen d.d. 20 Januari 1951; Overlijdensakte C-200 voor Mozes van Leeuwend.d. 14 December 1951 en de wikipedia lijst jodentransporten vanuit Nederland.nl.