Mozes Slap was een zoon van Joseph Slap en Mietje del Canho. Zijn moeder Mietje overleed op 27 december 1938, toen Mozes 10 jaar oud was. Mozes belandde daardoor in het Nederlands-Israëlitisch Jongensweeshuis, Zwanenburgerstraat 20 te Amsterdam.
Op 31 juli 1942 hertrouwde zijn vader Joseph met de weduwe Engeltje Roselaar (haar man Louis Cousin was bij de razzia op 23 januari 1941 opgepakt en kwam om in Buchenwald op 13 mei 1941. Engeltje bleef achter met hun 3 zoontjes).
Mozes kwam op 2 december 1942 bij zijn stiefmoeder wonen op de Nieuwe Uilenburgerstraat 18 III.