Op 15-1-1943 wordt om 07.45 uur door Fuhrer Otto Kempin van de Sipo Amsterdam gebeld met de politie in Hilversum voor de assistentie bij het arresteren van joden. Hij krijgt daarvoor de agenten Huygen, Dost en Brandenbarg. Om 12.00 uur staat er in het politie dag- en nachtrapport dat ze vier joden hebben gearresteerd: student Joseph Woudhuijsen (*Amsterdam 30-8-1919, op 28-1-1943 van Vught naar Westerbork, Sobibor 16-7-1943), student Leo van Spier (*Nijmegen 24-11-1920, In Vught op 17-2-1943, Sobibor 23-7-1943), Herbert Braun (*Arnhem 15-11-1922, in Vught 17-2-1943, naar Westerbork 31-3-1943) en Sophia van Spier (*Leiden 28-8-1897, op 27-1-1943 naar Vught en 31-3-1943 naar Westerbork). Ook de onderduikverstrekkers chemicus Evert van 't Hoff (*A'dam 27-11-1894) wonend Kamerling Onnesweg 469 en de makelaar Pieter Mehrings (*Wormer 8-3-1882) wonend Vaartweg 68a worden gearresteerd. Om 13.40 worden allen door agenten Meerman, Woering, Kreuning en Kuiper met de Victor naar de Zentralstelle f.Jud. Auswanderung gebracht in Amsterdam.
Verhaal