Kurt Moser, geboren in Bochum, kwam omstreeks 1935 met zijn Moeder naar Nederland. Hij werkte in de Wieringermeer totdat het Werkdorp daar ontruimd werd in 1941 en hij naar Amsterdam werd gestuurd. Daar werd hij het slachtoffer van de razzia van 11 juni. Via Schoorl werd hij gedeporteerd naar Mauthausen, waar hij, 29 jaar oud, om het leven werd gebracht.
Johanna Oppenoorth, zijn nicht, vertelt het volgende verhaal over Kurt Moser en zijn familie:
Wat ik mij herinner is een aardige jongeman, op wie ik erg gesteld was, die af en toe bij ons legeerde. Hij tenniste met de dochter van kennisen van mijn ouders. Ook herinner ik mij flarden van gesprekken met mijn moeder als we boodschappen hadden gedaan, o.a. in een garen-en-band winkeltje, waarbij hij z…