Eliazar de Metz vestigde zich in 1934 in Leiden als apotheker van de Zuiderapotheek. Eerst op het adres Korevaarstraat 51, een jaar later aan de Lammenschansweg 58 (toen geheten Kamerlingh Onneslaan 28). In 1939 verhuisde hij weer naar Lammenschansweg 7 (toen nummer 4). Hij woonde op een kamer aan de Lammenschansweg 41 (toen 23). In december 1941 was hij ‘uittredend apotheker’. Vermoedelijk verhuisde hij naar Hilversum, waar zijn schoonvader en zijn vrouw Amalia woonden. Op 6 december 1942 beviel zij van een levenloos kind, dat in Leiden werd aangegeven door Elias Mendelson, de koster van de Synagoge. Daar staat geen adres bij vermeld.
Addition