Abraham Polak was een zoon van Isaac Polak en Naatje de Jong.
Hij werd vanuit Drancy naar Sobibor gedeporteerd.
Bron: VP dossier 117988, Nationaal Archief Den Haag (2.09.34.02)
Levie van Brink en zijn vrouw (Margarete van Brink-Holberg, mijn toevoeging CB) worden met drie andere Nederlanders op 4 januari 1943 in Saint-Julien (FR) bij de Zwitserse grens aangehouden wanneer ze de grens trachten te passeren. Eerst worden ze in de gevangenis gezet wegens het zich onrechtmatig verplaatsen en het voeren van een valse identiteit. Nadat ze hun straf hebben uitgezeten, worden Levie van Brink en twee andere mannen van de groep (Gerrit van Dal en Abraham Polak) naar kamp Gurs overgebracht. Vandaaruit worden ze op 26 februari 1943 naar Drancy doorgestuurd en op 4 maart 1943 naar Sobibor op transport gesteld. De vrouw van Levie ontsnapt aan deportatie omdat ze een vrouw is. De vierde man (Abraham Koster, 65 jaar oud) wordt wegens zijn leeftijd van deportatie vrijgesteld.
Zie de website van het Memorial de la Shoah
Bron blz. 528 van Ruth Fivaz-Silbermann La fuite en Suisse. Accueil, destin et refoulement des réfugiés juifs, Calmann-Levy 2020 en vertaald door Carla Berkhout-Blond