Otto Weil

Otto Weil was advocaat en hulprechter, geboren in Kirn bij Koblenz en in 1923 gepromoveerd in de rechten. Hij werkte in de directie van het bedrijf van Meno Lissauer en Bruno Griessmann. De Nederlandse dochtermaatschappij was de Oxyde Maatschappij voor Ertsen en Metalen. In 1933 trouwde hij met de toen 22 jaar oude Edith Settchen Meier. In 1936 verhuisde hij naar Amsterdam waar hij de zaken voor Lissauer en Greissmann waarnam. Zijn collega Walter Rothschild emigreerde eveneens en ging wonen in Wassenaar. Otto Weil woonde volgens zijn persoons- en gezinskaart op de Botticellistr 22 hs en de Botticellistr. 4. Op 7 januari 1938 was de definitieve uitschrijving uit het bevolkingsregister van Keulen en op 26 september 1938 volgde de schorsing door het ministerie van Justitie van het Derde Rijk. In 1941 liquideerde de bezetter de Oxyde Maatschappij, of liever gezegd werd deze overgenomen door de geariseerde Oppenheim Bank, die toen de naam Pferdmenge & co was gaan dragen. In 1938 had Otto Weil zijn vrouw en zijn vierjarige zoon Edwin Emanuel laten komen. Op 4 februari 1938 werd zijn tweede zoon Ralf Jacob in Amsterdam geboren. Op 20 april 1943 is zijn aankomst in Westerbork genoteerd, maar op 1 juni 1943 werd hij tijdelijk vrijgelaten en ging hij wonen op het Daniël Willinkplein 15 III (nu Victorieplein). Op 15 december 1943 werd hij met zijn familie in Westerbork opgesloten. Op 31 juli 1944 werd het gezin op transport gezet naar Bergen Belsen. Hij stierf daar op 23 of 24 januari 1945. Edith Weil en haar twee zonen overleefden de verschrikkingen van Bergen Belsen en emigreerden naar de VS waar Edith hertrouwde met Joseph N. Lieber. Zij stierf op 20 februari 2002 in Tamarac, Florida.
Na 1946 startten Lissauer en Griessmann hun bedrijf opnieuw vanuit hun dochter onderneming Oxyde Mij in Amsterdam en bouwden het bedrijf uit tot een multinational.