Verhaal

Jacques Benedictus Anton Workum, aanvulling

Door:

Jacques Workum werd geboren op 21 mei 1906 in Amsterdam. Hij zat twee jaar op het Stedelijk Gymnasium, maar was reeds op zijn negentiende werkzaam als buitenlandcorrespondent voor de Nederlandse Kamer Koophandel te Frankfurt aan de Main. Dat blijkt uit zijn gegevens in het militieregister, volgens welke hij buitengewoon dienstplichtig was. Op 1 april 1926 keerde hij terug naar Amsterdam, waar hij weer introk bij zijn ouders aan de Utrechtsestraat 51 boven. Daar bleef hij wonen tot 19 juni 1939, toen hij verhuisde naar de Bos en Lommerweg 71-II.

Hij is op 26 november 1942 door een agent van bureau Overtoom opgepakt bij het distributiekantoor Borgerstraat. Hij gaf eerst een valse naam en adres op. Nadat hij zijn werkelijke identiteit bekend had gemaakt, gaf hij op dat hij woonde op het adres Daniel Willinkplein (Victorieplein) 23 bovenhuis, bij Groen. Hij werd om 16:45 u. overgebracht naar het Bureau Joodsche Zaken, “daar hij JOOD bleek te zijn en in het bezit van een vervalscht persoonsbewijs”.

Dezelfde dag nog wordt hij om 17:00 u. inderdaad afgeleverd bij Joodsche Zaken. Dat noteert: “Workum was in het bezit van eenige distributiekaarten, waarop hij distributiebescheiden trachtte te verkrijgen. Voorts was hij in het bezit van een valsch persoonsbewijs en was hij verhuisd zonder vergunning. Hij blijft in bewaring ter voorgeleiding aan den S.D.”.

Op 26 november 1942 om 17:00 u. heeft hij in een politierapport, vermoedelijk dus bij Joodsche Zaken, zijn handtekening gezet naast een bedrag van f 3,58. Ik vermoed dat hij tekende voor het in bewaring geven van geld dat hij bij zijn aanhouding bij zich had. Hij tekende met J. Workum, dus mogelijk werd hij Jacques genoemd.

Hij staat in een lijst met personen ‘in bewaring 11e bureau’ – dat is Joodsche Zaken.

Op 29 november staat hij nog op de lijst met personen die bij dat bureau in bewaring zijn.

Op onbekende datum wordt hij om 15:00 u. met vijf anderen overgebracht naar de S.D.

Reeds op 1 oktober 1942, dus voor zijn aanhouding, komt iemand anders in zijn woning aan de Bos en Lommerweg wonen. Omdat hij volgens het politierapport was verhuisd zonder vergunning, was hij mogelijk ondergedoken.

Op 10 december 1942 werd hij uitgeschreven naar Westerbork.

Twee maanden later , in februari 1943, is hij vermoord in Auschwitz.

Alle rechten voorbehouden