Benjamin (met als roepnaam Bennie) van Gelder was in 1912 getrouwd met Rebekka van Leer, dochter van Leman van Leer en Vrougje Roos. Het echtpaar kreeg acht kinderen: Anna Regiena, Aron, David, Eliazer, Leman, Rijna Elizabeth, Vogelina en Roosje Vrougje. Het gezin woonde in Meppel.
Benjamin van Gelder had een winkeltje in fruit, gerookte vis en andere etenswaren. In 1910 deed hij de winkel van de hand en werd hij koopman in oude boeken en antiek; op zondag verkocht hij chocoladerepen en andere soorten snoep bij het voetbalveld.
Benjamin was een overtuigd aanhanger van de SDAP en van de VARA, maar tevens Oranjeklant. Op 31 augustus, Koninginnedag, stak hij de vlag uit. Hij was ook een trouw bezoeker van de synagoge.
Op 3 oktober 1942 werden Benjamin van Gelder, zijn vrouw Rebekka van Leer en hun kinderen Anna Regiena, David, Rijna Elizabeth, Rozetta en Vogelina van huis gehaald en via Westerbork naar Auschwitz op transport gesteld.
De zonen Aron en Eliazer moesten zich op 17 augustus 1942 melden in het werkkamp Linde, vanwaar ze via Westerbork naar Auschwitz op transport werden gesteld.
Het laatste adres van Benjamin van Gelder en zijn gezin was de Parallelweg 1 in Meppel. Na de oorlog werd op de zolder van het huis verschillende spullen uit de synagoge van Meppel gevonden, die door Benjamin daar waren opgeslagen.
Th. Rinsema, ’Vermoord en vergeten‘, Oud Meppel. Mededelingenblad van de Stichting Oud Meppel jrg 24 (2002) nr 3, 16-23
Verhaal