Ephraim Behr was een zoon van Abraham Izak Behr en Jette Bernard. Zijn ouders zijn voor de oorlog overleden.
Toevoeging van een bezoeker van de website
Ephraim Behr studeerde geneeskunde in Groningen. Hij legde het artsexamen af op 3 oktober 1929. Hij promoveerde op 3 juli 1931 in Groningen op het proefschrift 'Bloedplaatjes en thrombose'. Hij praktiseerde in Assen en werd later prosector-conservator van het Laboratorium voor Pathologie van de Rijksuniversiteit te Groningen. Buiten zijn professionele loopbaan speelde Ephraim Behr een belangrijke rol in de zionistische beweging van Assen. Daarnaast speelde hij in een voetbalelftal.
In de oorlogsdagen nam hij vrijwillig dienst als reserve officier van gezondheid. Ephraim Behr sneuvelde bij de gevechten aan de Grebbeberg toen hij, aldus een getuige, 'met deernis en dapperheid een poging deed om eenige gewonde soldaten uit de Grebbelinie naar veiliger plaats te evacueren'.
Op 30 mei 1940 werd Ephraim Behr begraven op de joodse begraafplaats te Groningen. Opperrabbijn Dasberg sprak aan het graf, en een detachement van het regiment van Behr bracht een militair saluut.
J.H. Coppenhagen, Anafiem Gedoe‘iem. Overleden joodse artsen uit Nederland 1940-1945 (Rotterdam 2000) 75-76;
F.J. Hulst en H.M. Luning, De joodse gemeente Assen; Geschiedenis van een behoorlijke Kille, 1740-1976 (Assen 1993) 118 en 142-143
Ephraïm Behr was tijdens de Nederlandse mobilisatie reserve officier voor de Geneeskundige dienst St.-II-11 R.J. in het Nederlandse leger. Hij is op 12 mei 1940 dodelijk getroffen in een greppel aan de Boslandweg nabij Rhenen.
Nederlands Instituut voor Militaire Historie, Database van gesneuvelde militairen, samengesteld door kolonel b.d. J.W. de Leeuw
Deze persoon wordt herdacht op een gedenkteken in Assen. Een beschrijving van dit gedenkteken is te vinden op de website van het Nationaal Comité 4 en 5 mei.