David Davids was weduwnaar van Henriëtte (Jet) Nordheimer, die in 1938 aan kanker overleed. Hun huwelijk bleef kinderloos. David was opticien. Hij importeerde ook gehoorapparaten uit de Verenigde Staten en had een octrooi op een cementsoort die essentieel was voor het kloven van diamanten. Zo was David aanwezig bij het slijpen van de Koh-I-Noor diamant, waarbij zijn cement gebruikt werd.
David Davids was de vaderfiguur en "liefste oom" van zijn neefje, wiens vader voor de oorlog overleden was. Een familielid herinnert zich: 'Na school kwam zijn neef vaak op bezoek in de optiekzaak, waar David hem hoofdrekensommetjes gaf. In afwachting van een antwoord zei hij steevast: "De waarheid, schele." David had voor iedereen een bijnaam.'
David heeft tijdens de bezetting zijn huis aan de Van Baerlestraat moeten verlaten, en is daarop bij één van zijn broers ingetrokken in de joodse buurt.
Toevoeging van een bezoeker van de website
Van deze persoon is ook een JOKOS-dossier (nummer 8834) aanwezig op het Gemeentearchief van Amsterdam. Voor inzage is toestemming nodig van de stichting Joods Maatschappelijk Werk. Uit het JOKOS-dossier is bekend dat er een claim is ingediend voor vergoeding van waardevolle voorwerpen ingeleverd bij de roofbank Lippmann-Rosenthal (L-claim, nummer 2534/22012).