Mirian Cohen was een dochter van Mozes Cohen en Ester Mirian Roos. Zij trouwde op 6 October 1915 in Amsterdam met Jacob Zilverberg, een zoon van David Zilverberg en Froukje Duitscher. Het echtpaar kreeg zes kinderen, t.w. David Estella in 1916, Estelle Froukje Jeannettina Paulina in 1918, Isaac Dina in 1921, Philip Margot in 1923, Mozes in 1928 en Franciscus Cornelis in 1931. Allen geboren te Amsterdam behalve Mozes, die werd in Rotterdam geboren en allen, behalve Estelle Froukje Jeannettina Paulina die de oorlog heeft overleefd, hebben tijdens de Holocaust hun leven verloren.
Mirian kwam uit een gezin met vier kinderen, waarvan zij zelf en haar broer Simon tijdens de Sjoa om het leven zij gebracht. Haar zussen Jeannette en Jacoba Dina hebben de oorlog overleefd maar haar moeder Ester Mirian Roos werd ook in de Holocaust vermoord. Haar vader, slager van beroep, overleed in Coevorden op 38-jarige leeftijd op 29 Mei 1902, waarna Mirian in 1912 werd afgeschreven uit het Bevolkingsregister van Coevorden naar de Sint Willibrordusstraat 9 in Amsterdam, waar haar oom Daniël en tante Sibilla Cohen woonden.
Drie jaar later, op 6 October 1915 trouwde zij met Jacob Zilverberg. Ná 1923 verhuisden zij van Amsterdam naar Rotterdam, woonden nadien nog korte tijd in Utrecht en kwamen in September 1934 weer terug in Amsterdam en op 16 November 1938 verhuisde het hele gezin naar de Valkenburgerstraat 10 3e etage.
Het gezin van Mirian en Jacob Zilverberg werd door de Duitsers al snel uiteen gerukt: hun zoons David Estella en Isaac Dina werden al in 1941 tijdens razzia’s opgepakt en in Mauthausen vermoord. Philip Margot kwam op 30 September 1942 in Auschwitz om het leven en Mozes en Francisus Cornelis werden op 19 November 1943 in Auschwitz vermoord.
Mirian Cohen en haar man Jacob Zilverberg werden twee keer in Westerbork ingesloten. De eerste keer werden beiden op 23 September 1943 in Westerbork geregistreerd in ingesloten in strafbarak 67. Om wat voor reden en op welk tijdstip Mirian en Jacob uit Westerbork zin gevlucht of ontslagen is niet bekend. Wel bekend is dat Mirian voor de 2e keer op 7 Januari 1944 in Westerbork terechtkwam en opnieuw in strafbarak 67. Zij werd op 8 Februari 1944 op transport gesteld naar Auschwitz, waar zij bij aankomst op 11 Februarif 1944 onmiddellijk werd vermoord.
Jacob Zilverberg kwam de 2e keer weer in Westerbork op 17 Januari 1944, tien dagen later dan zijn vrouw. Ook hij werd weer ingesloten in strafbarak 67 maar al anderhalve week eerder, op 25 Januari gedeporteerd naar Auschwitz.. Bij aankomst werd hij op 28 Januari direct vermoord.
Stadsarchief Amsterdam, archiefkaarten van Mirian Cohen en Jacob Zilverberg; website wiewaswie.nl; en het archief van de Joodse Raad, registratiekaarten van Mirian Zilverberg-Cohen en Jacob Zilverberg.