Saartje van Bergen-van Gigch (roepnaam Selma), kapster van beroep, was communiste. Ze werkte samen met Samuel Zacharius Dormits, de leider van de Nederlandse Volksmilitie en ging met hem samenwonen.
Op 29 oktober 1942 stond in het Algemeen Politieblad een verzoek van de Rotterdamse politie tot opsporing, aanhouding en overbrenging naar de Sicherheitspolizei in Scheveningen van Saartje van Gigch. Volgens het bericht behoorde zij tot "een door joden geleide zuiver communistische organisatie" die sabotagedaden had verricht.
Saartje van Gigch was gescheiden van haar echtgenoot van Bergen. Uit dit huwelijk is een kind geboren dat de oorlog heeft overleefd.
Algemeen Politieblad, nr 42, 22 oktober 1942, 1196, bericht 2519 en nr 43, 29 oktober 1942, 683, bericht 2521
B. Braber, Zelfs als wij zullen verliezen. Joden in verzet en illegaliteit in Nederland 1940-1945 (Amsterdam, 1990) 112-113;
L. de Jong, Het Koninkrijk der Nederlanden in de Tweede Wereldoorlog, deel VI, Juli ’42 - Mei ’43 (Den Haag 1975) 69-70 en 169-170
Saartje van Gigch wordt ook genoemd in B. van Gelder, 'Brand bij de Wehrmacht!': verzetsgroep De Vonk Den Haag 1942-43 (IJzendijke 2005).