Betje Cohen was een dochter van Salomon Cohen en Saartje de Vries. Haar vader had een zuivelhandel aan huis in de Kerkstraat in Renkum. Na het overlijden van haar vader bleef zij, samen met haar eveneens ongetrouwde zuster Esther, bij haar moeder wonen.
In juli 1940 verhuisden de moeder en de twee dochters naar Arnhem waar zij bij het gezin van hun zoon/broer Meijer introkken. Daar overleed Saartje in 1941.
Meijer Cohen en zijn gezin werden in eind 1942 opgeroepen zich te melden in Westerbork. Na hun vertrek hebben Betje en Esther vergeefs geprobeerd een onderduikadres te vinden. Toen dat niet leek te lukken, besloten zij zich in de Rijn te verdrinken.
Toevoeging van een bezoeker van de website
Meer informatie is te vinden in:
H. Hamburger en J.C. Regtien, Joodse oorlogsmonumenten in de provincie Gelderland (Bedum 2005) 61.
NIOD, Archief Joodse Raad, doos 36d, brief d.d. 6 mei 1943