Marcus Worms, roepnaam Max, was een zoon van Mozes Worms en Elisabeth Katan. Hij kwam uit een arm arbeidersgezin. Max was afgestudeerd in de wiskunde aan de Gemeentelijk Universiteit te Amsterdam. Later was hij gepromoveerd in de wis- en natuurkunde. Daarnaast was hij een knap tekenaar, goede schaker en een verwoed postzegelverzamelaar.
Max Worms trouwde met een niet-joodse vrouw. Het echtpaar kreeg vier kinderen, waarvan hij de jongste nooit heeft gekend.
Na een baan als boekhouder in Rotterdam, begon Max een winkel in elektriciteitsspullen in Arnhem. Daar werd hij in 1942 opgepakt, niet zozeer omdat hij joods was, maar omdat hij onvermoed een partij gestolen elektriciteitskabels had opgekocht. Vanuit de gevangenis in Arnhem en Westerbork schreef Max Worms twaalf brieven aan zijn vrouw die hier na te lezen zijn.
Toevoeging van een bezoeker van de website
Biografie