Emil Starkenstein trad in zijn vaders voetstappen en studeerde medicijnen aan de Deutsche Universität in Praag. Na zijn doctoraat werkte hij in het Pharmakologische en Pharmakognostische Institut, eerst als wetenschappelijk assistent, later als docent, sinds 1920 als professor in de experimentele Farmacologie en Farmacognosie. Hij volgde de farmacoloog professor Wilhelm Wiechowski op na diens dood in 1929. In 1938 werd Emil Starkenstein als Jood ontslagen. Begin 1939 ging hij naar Nederland waar hij in Amsterdam een bescheiden functie in de Kininefabriek kreeg. Na de bezetting van de Nazi's werd hij eind oktober 1941 geïnterneerd. Hij zat gevangen in Amsterdam, Scheveningen, Kleef en Praag en werd tenslotte via het concentratiekamp Theresienstadt naar het concentratiekamp Mauthausen gedeporteerd. Op 6 november 1942 is hij daar gestorven. Hij liet een vrouw, een dochter en zoon na, die de oorlog overleefden. In zijn vakgebied was hij zowel wetenschappelijk onderzoeker als docent. Hij publiceerde vele studies over zijn eigen specialismen, maar hij was ook daarbuiten een veelzijdig mens, Goethe kenner en -liefhebber, maar ook goed op de hoogte van eigentijdse literatuur. Theater, muziek en beeldende kunst hadden zijn grote interesse.
Sonderdruck aus Archiv für exper. Pathologie und Pharmakologie, 204. Bd., 1./3. Heft, 1947
Biografie