Nehemias (Nathan) de Rooij was de tweede zoon van fruitventer Abraham de Rooij en Kaatje Cartoef. Hij had een oudere broer Mozes (1905-1943) en twee jongere zussen, Sara (geboren in 1907) en Branca (1912-1942). Ook had hij twee jongere broers Jacob (geboren in 1914) en Barend (geboren in 1922). In januari 1925 overleed moeder Kaatje. Nathan was al 18, maar de jongste van zijn broers en zussen was pas 2 jaar. Na iets meer dan een jaar hertrouwde vader Abraham met Mathilde Root, die de zorg voor het gezin op zich nam.
Nathan de Rooij trouwde in januari 1929 met Alida Sjouwerman, zij kregen twee dochters. Financieel ging het Nathan voor de wind. Hij was al jong een geslaagd zakenman met een eigen hal in de Jan van Galenstraat en een eigen vrachtwagen. Het gezin verhuisde van hartje jodenbuurt naar de Van Woustraat.
In het weekend van 22 en 23 februari 1941 was Nathan in de buurt van het Waterlooplein. Hij werd opgepakt en via kamp Schoorl naar Buchenwald en later naar Mauthausen gedeporteerd. Op 7 januari 1942 werd hij 'auf der Flucht erschossen'. Hij was 35 jaar oud.
Ook Nathans vader, zijn broer Mozes en zijn zus Branca overleefden de oorlog niet. Zijn echtgenote Alida en hun twee dochters doken onder en wisten op die manier hun leven te redden, evenals zijn broers Jacob (Jaap) en Barend (Bobbie) en zijn zus Sara.
Gebaseerd op onderzoek en verhaal Wally de Lang.
Overige bronnen: Stadsarchief Amsterdam, archiefkaart Abraham de Rooy en Gedenkboek Mauthausen blz. 133; H.E. Dominicus, Mauthausen. Een gedenkboek (2e herziene en uitgebreide druk; Amsterdam 1999) 133; MaxvanDaminfo.nl