Meijer Speijer, roepnaam Max, was een zoon van Simon Speijer en Saartje Stern. Hij was getrouwd. Max was als bouwkundig tekenaar werkzaam voor de Gemeentelijke Woningdienst te Amsterdam en op de architectenbureaus Vorking, Pauw & Van Hardeveld, Baanders en B.T. Beyinga. Later werkte hij als zelfstandig architect te Amsterdam. In 1920 won Max de prijsvraag van het genootschap Architectura et Amicitia met zijn woningenontwerp. Hij ontwierp villa's in het Gooi, een landhuis in Bussum (1924) en winkels in Amsterdam en Den Haag. De volgende gebouwen in Amsterdam kwamen uit zijn koker: villa Albert Hahnplantsoen 18 (1927), woonhuizen Kijkduinstraat 23-43 (1935), woonhuizen Sloterkade 169-170 (1935), woonhuizen Kinderdijkstraat 64-114 (1937-1938) en een flatgebouw aan de Weteringschans (1938). Hij maakte eveneens een ontwerp voor het Stadhuis van Amsterdam (1939).
Toevoeging van een bezoeker van de website
Voor aanvullende informatie zie: M. Nord e.a. (red.), Rebel, mijn hart: kunstenaars 1940-1945(Zwolle 1995) 175.
Van deze persoon is ook een JOKOS-dossier (nummer 52632) aanwezig op het Gemeentearchief van Amsterdam. Voor inzage is toestemming nodig van de stichting Joods Maatschappelijk Werk.