David van Dal, zoon van Samuel van Dal en Hendrika van der Sluijs, was gehuwd (vermoedelijk na 1937) met de niet-joodse Catharina Gerarda Huberta de Kort uit Tilburg, dochter van Adrianus de Kort en Johanna Wilhelmina Busink.
Het laatst bekende adres van David van Dal was Beverstraat 1 in Rotterdam. Op dat adres is hij in 1941 ten tijde van de verplichte registratie van alle Joodse inwoners door de Joodse Raad van Rotterdam geregistreerd.
Op 11 Mei 1943 is David van Dal afgevoerd naar Westerbork en moest verblijven in barak 63. Uit de notities op die registratiekaarten is af leiden dat David van Dal 2 kinderen had en dat hij getracht heeft aan deportatie te ontkomen omdat hij gemengd gehuwd was. Daartoe zijn alle daartoe geëigende instanties aangeschreven om documenten, verklaringen, aktes en doopbewijzen in te sturen. Op 18 Mei 1943 werden zelfs nog papieren opgevraagd uit de Bevolkingsregisters van Rotterdam en Amersfoort (de geboorteplaats van de schoonmoeder van David van Dal). Op 19 en 20 Mei zijn nog de nodige documenten in Westerbork ontvangen, echter op 23 Mei 1943 luidde de laatste aantekening op de registratiekaart van David van Dal: “verdere stappen geen doel; stukken retour. (vermoedelijk op transport)”.
David van Dal werd al op 18 Mei 1943 op transport gesteld naar Sobibor en bij aankomst aldaar op 21 Mei onmiddellijk vermoord.
Bronnen: Stadsarchief Rotterdam, gezinskaarten van Samuel van Dal en David van Dal; website wiewaswie.nl/geboorteakte Catharina G.H. de Kort, bevolkingsregister Tilburg en overlijdensakte David van Dal; archief van de Joodse Raad, registratiekaarten van David van Dal.
David van Dal was gehuwd.
Gemeentearchief Rotterdam