Jacob Lipschits had als roepnaam Jaap. Hij hielp als knecht op de markt. Jaap zat aanvankelijk met zijn ouders en twee andere kinderen (die de oorlog zouden overleven) ondergedoken op de Schieweg in Rotterdam. Toen dit te gevaarlijk werd, is voor hem een onderduikadres gevonden in Amsterdam. Uit heimwee is hij op een kwade dag met de trein naar Rotterdam gereisd. Hij is in de trein opgepakt en via kamp Westerbork naar Sobibor op transport gesteld.
Toevoeging van een bezoeker van de website
Zie voor aanvullende informatie:
I. Lipschits, Onbestelbaar. Herinneringen in briefvorm (Den Haag 1992)