Anna Marum was geboren in Frankenthal (D) als dochter van Karl Marum en Helena Mayer. Zij trouwde in Bruchsal met Salomon Pfeffer uit Kobylin (D) en kregen samen twee kinderen, t.w. Karl Heinz in 1906 en Paul Ernst in 1910.
Op 20 Februari 1939 arriveerden Anna en Salomon vanuit Düsseldorf in Laren, waar zij woonden op de Engweg 10 en in 1940 op nr. 16, waar toen ook hun kinderen Karl Heinz (met zijn gezin) en Paul Ernst woonden. In Maart 1941 verhuisden zij met hun zoon Paul Ernst naar de Legrasweg 12 in Laren, waar Salomon Pfeffer op 6 September 1941 is overleden. Hij is begraven op de Algemene Begraafplaats in Laren.
Na het overlijden van haar man verhuisde Anna op 4 Mei 1942 naar Oude Schans 90 II in Amsterdam waar vanaf Augustus 1942 ook haar zoon Karl Heinz met zijn gezin kwam inwonen.Volgens gegevens op haar registratiekaart van de Joodse Raad, was zij “gesperrt als moeder van K.H.Pfeffer, werkzaam Westerbork”: per 3 Maart 1943 bij de Algemene Dienst en per 6 Mei werd zij als naaister naar het Tehuis Oosteinde in Amsterdam gestuurd. (onderdeel van de Joodse Raad). Van daar is zij op 26 Mei 1943 afgevoerd naar Westerbork en moest verblijven in barak 58.
Anna Pfeffer-Marum is uiteindelijk op 14 September 1943 gedeporteerd naar Theresienstadt en op 9 October 1944 van Theresienstadt naar Auschwitz op transport gesteld, waar zij bij aankomst op 11 October 1944 direct werd vermoord.
Stadsarchief Amsterdam, archiefkaart Anna Pfeffer-Marum, Karl Heinz Pfeffer en Paul Ernst Pfeffer en het archief van de Joodse Raad, registratie kaarten van Anna Pfeffer Marum en haar gezin Pfeffer en toevoegingen van een gebruiker van de website.